Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

donderdag 31 december 2015

De tegenflits


Het is te vergelijken met de belastingen, want daar vonden ze voor zo onderhand elk zelfstandig naamwoord wel een heffing; insgelijks ook de moderne ep dat je, naar ik meen, met dubbel p schrijft, dus epp; een stortvloed van epps overrompeld onze samenleving en binnen niet afzienbare tijd rijden we per epp van hot naar het; zelfsturende voertuigen en het beroep van vrachtrijder wordt door de epp opgeslokt en zal dan ook wel zijn langste tijd hebben gehad.


Afgelopen jaar; 162 overnachtingen buiten Nederland, één meer dan 2013 en meer dan tien dan in 2014: Frankrijk 79, België 11, Duitsland dit keer slechts 18 en Spanje kwam er bekaaid met 1 vanaf terwijl in Oostenrijk in het geheel niet werd geslapen.  Italië 14, Polen 2, Tsjechië 3 en Zwitserland 11; een mooie score dit jaar.


Ook het huishoudelijke werk geschied steeds meer met een epp: straks is er de stofzuigepp, de afwasepp, de kookepp, de schoenpoetsepp en ga zo maar door; we verzuipen straks, min  of meer, in de epps; we hebben immers al de naviepp, de USB-wijnepp, de supermarktepp de bloemenepp en de bestelepp: binnen afzienbare tijd hangt de hele wereld van eppies aan mekaar!


124263 hele kilometers werden er met de groene snurkhut afgelegd; dat is in vroegere jaren wel eens wat meer geweest; wat dat betreft is de ijver wat tanende, wordt er reeds reikhalzend uitgekeken naar de tijd dat het asfalt verorberen tot de verleden tijd behoort en ik mij meer en meer toe ga leggen op schaken; schaken, waar inmiddels ook al diverse eppjes voor werden uitgedacht; nochtans blijken ze het menselijke brein  niet te overtreffen.

Vannacht, zal, net na de jaarwisseling, Jupiter naast de leeuw aan de oosthemel verschijnen en voor 't eerst aan de opkomende maan voorafgaan en later op de nacht zal mars volgen; in de vroege morgen, vlak voor de morgenstond verschijnen Venus en Saturnus en bij donkere nacht en helder weer, ten noorden van de planetenbaan wordt de komeet Catalina zichtbaar in de mysterieuze Noorderkoon; vier! Vier planeten in nacht die het nieuwe jaar voorafgaat.

Vakantieepp, de mopperepp en de weerepp zijn er reeds of aanstaande; "wat eten we vandaag?". "Oh, even op de epp kijken"; resto- en horecaepp veroveren de wereld; misschien komt het nog wel tot een zwartepiettenepp in alle kleuren! Hoe, daar weten de eppvinders vast wel raad mee.  En wellicht vuurwerk! Hé! Het is haast onbegrijpelijk.


Onbegrijpelijk dat daar nog geen eppje voor is: gewoon, downloaden. Klikken op voetzoeker en "knal", of tik het gele vakje aan; een keukenmeid snelt zich gillend over de stoeptegels voort; een muisklik op de rode stip en hoppa, een vuurpijl spuit de nachtelijke hemel in, zoekend naar Jupiter, of scheert langs de Ossenhoeder en jaagt de Jachthonden de stuipen op 't lijf. Een tegenflits komt van de Orion; een suisende pijl tot in het oneindige.

Aldus schreef ome Willem


.

Een laatste terugblik van 2015

Jawel, de oude weg van Lille naar Calais




Halverwege sla ik af, thans richting Zuytpeene


De volgende dag, bij Rheenen



dinsdag 29 december 2015

De laatsteweektocht.

Toch. Toch nog, in de laatste week van dit jaar, al is het niet erg ver; de Westhoek, wat ooit het Franse Vlaanderen was en de streek waar de Gulden Sporenslag werd uitgevochten en waar, jaren later, Willem de Derde langs de Peene slag met de Fransen leverde.

Zonder file langs Antwerpen en bij aankomst aan de Franse grens was 't nog donker; de kortste dag is weliswaar geweest, maar de nachten zijn nog lang. De eerste klant, lossen in Lesquin. Daarna het oorlogsgebied in, want zo mogen we het gebied tussen Duinkerke en Calais onderhand wel noemen. Vanaf Lille rolde ik door de lichtglooiende vlakte, passeerde de Wouwenberg en Kassel, voorheen Cassel en speelbal van Frans- en Vlaamstaligen en waar de later strengcalvinistische Pieter Datheen het levenslicht zag.

Vreemd landschap, met merkwaardige namen; Arnéke, en ik volgde even de Peene, zag Zuytpeene en Nordpeene en kwam nog voor de middag aan in Loon-Plage om er goederen af te leveren voor doorvoer naar wellicht de verst Franse bestemming; Nouméa op Nieuw-Caledonië en misschien wel goederen voor wat inheemse Kanaken.

Terug, nog even terug richting Lille, dit keer via Steenvoorde en Dikkebus, Vlamertinge en Ieper, langs de slagvelden van de Grote Oorlog; langemark-Poelkapelle waar, honderd jaar terug, de gifgasaanvallen reeds zijn vele doden hadden geeist terwijl de soldaten rond deze tijd, de tijd van kerst, met tegenzin van de militaire leiding het kerstbestand zolang mogelijk trachtten te rekken; zo hier en daar lukte dat to ver in januari.

Moeskroen, of, Mouscroun, een Waals stadje op het grensgebied tussen Henegouwen en Vlaanderen; tijdens de taalgrensvaststelling van 1961 behorend bij Vlaams Hainût maar thans vrijwel Waalstalig, al zijn nog steeds alle straatnamen in twee talen aan de gevels te lezen; aldaar terugladen en het kon, laat in de middag, nog.

Anderhalf uur, ouderwets, snelwegkarren in de spits die er in zo'n laatste week van het jaar niet was; geen files, geen opstoppingen en rond zeven uur was ik terug in Nederland, net over de "streep" en waar ik bleef staan om de nacht door te brengen.

Nog even, en we kunnen de jaarcijfers laten zien.

Aldus schreef ome Willem.


.

zondag 27 december 2015

Week 52, ook volgereden....

Door Luxemburg


Grens met Duitsland over

bij Remmich

Duits wijngebied


op weg naar de omgeving Trier

door leuke dorpjes

en landschap


Idar-Oberstein

Oude weg Roermond-Venlo

Molens nabij Goudriaan




dinsdag 22 december 2015

Idar-Oberstein

Kerkje in de rotswand

.

De kerstban

Donker en kort zijn de dagen; een vreemd najaar ontrolt zich; groene weiden, kale, grauwe bomen ongewone madeliefjes aan de wegkant; vreemde vergezichten.

Misschien hadden ze een punt, die lui van de Verenigde Naties; maar wat een ophef, zeg! Zwarte Piet mocht niet meer. Toegegeven; er zijn best wat argumenten die steekhoudend zijn. Maar toch. Als je Zwarte Piet wil elimineren, ga dan een stap verder.


Gisteren Amsterdam, laden, onder meer twee klanten Luxemburg. Eéntje in de stad zelf, de ander in Esch sur Alzete die reeds in de middag bezorgd werden. Dan door naar de Elzas.

Steeds meer wordt een oude traditie geschonden door een in roodgestoken vent met witte baard. Sinds enige jaren verschijnen rond deze tijd overal verkleedde seigneurs met rode muts; lui die ik niet begrijp. Niet begrijp omdat ze niet begrijpen.

De nacht schrijdt voort; ik heb zicht op een lang dal naar 't oosten en verwacht elk ogenblik Jupiter als eerste heldere ster boven de horizon. Vanmorgen te Erstein, even voorbij Strassbourg, kwam ik leeg en vertrok vandaar eerst naar ÞWendelsheim, Duitsland, snorde er over de mooiste wegen.

Idar-Oberstein met het kerkje in de rotsen gebouwd; nog enkele tientallen kilometers verder en ik vond een rustplek nabij de laadplaats voor morgen. Onder mij, diep in de bergen, ruist het frisse sprudelwater wat even verderop in flesjes wordt gedaan; een nachtuil verheft zijn stem; alsof ook hij protesteert.

Laten de Verenigde Naties zich eens druk maken over die rode maloot die elk jaar weer te onpas verschijnt; die met zijn piaskomst de werkelijke waarde van de kersttijd geweld aan doet; die met zijn arreslede de aandacht afleidt van de Onschuldige, geboren toen de tijd vol was.

Ban de kerstman; daarmee zou de VN niet alleen Nederland, maar de wereld een dienst bewijzen.

Aldus schreef ome Willem.
.

zondag 20 december 2015

Alweer een week voorbij...

Weinig plaatjes, snel donker, en het toestel maakte teveel slechte plaatjes..

Vandaar, een summiere indruk...
<


Op weg naar Ulm

Bodensee

Hans en Grietjehuisje

Vaduz

Mont Blanc



bij Nantua

Nantua


Thorette

De Jura, wellicht het mooiste deel van Frankrijk

Lons l S, muurschildering

De Doubs

Afdaling Besançon

vlak voor Nederland

West-Braband

vrijdag 18 december 2015

Vin fou

Het is jaren geleden en mijn wijnkennis was vrijwel nihil; men kon mij alles wijsmaken en dat deed de gewiekste verkoper van het in Frankrijk alom bekende "wijnhuis" Henri Maire dan ook.

Wie oplet, en door Frankrijk snort, ziet overal de reclameborden: Henri Maire, vin fou (te gekke wijn), een wijnhuis dat, commercieel gezien, het uitstekend doet en de wijn van het kleine stadje zeker in Frankrijk, maar ook daarbuiten, bekend wist te maaken.

Bijna veertig jaar terug. Tijdens een vakantie stoppen we met ons voertuig in 't oude stadje waar, onder meer, Louis Pasteur lange tijd woonde en werkte en waar de paarden van een Spaans bataljon met de hoeven een specifieke bacterie blijken te hebben meegenomen en er achterlieten in de wijngaarden; eenzelfde bacterie die, naar later bleek, terug te vinden is in Zuid-Spanje, in de bakermat van de sherry.

Even later zitten we bij de verkoper die een mooi verhaal opdist; een verhaal dat, ook naar later blijkt, enig waarheidsgehalte heeft. De bacterie zorgt ervoor dat de witte wijn jaren lang bewaart kan worden, dat de wijn geel gaat kleuren. Ze moeten echter wel meer dan tien jaar worden weggelegd en, overtuigt van zijn verhaal, koop ik een aantal flessen. Thuis gekomen leg ik die weg; donker en koel terwijl de jaren voorbij gaan.


Rond tweeduizend waag ik het erop. De kleur is nauwelijks gewijzigd, maar ik open de fles. Helaas; de inhoud stinkt en is ondrinkbaar geworden. Maar ja. Nu, na twintig jaar, teruggaan naar de leverancier is geen optie, dus neem ik mijn verlies en spoel de boel door de gootsteen.


Toch was het geen baarlijke nonsens wat de verkoper met de wijn aan mij verkocht; echter moet je daar wel de juiste fles met de juiste druif erin voor hebben en juist dié druif ontbrak in de door mij destijds aangeschafte flessen.

In de streek groeit Chardonnay en Pinot blanc, maar ook
Savagnin, een traminerdruif en alleen dáár blijkt de juiste bacil in te zitten die de bewaartijd enorm verlengt (tot wel 50 jaar) en uiteindelijk zorgt voor de vin paille, de gele wijn waar 't stadje zo bekend om werd, Arbois, waar eveneens de bekende Franse generaal Jean-Charles Pichegru geboren werd. Eentje die aardig huis hield in Nederland en er in de volksmond een uitdrukking achterliet: "Wat nu, zei Pichegru".

Vanaf een fris Aosta kwam ik er rond de middag aan; met het gevaarte door de kleine straatjes en stopte voor 't opgegeven adres. Het bleek de wijnwinkel van 't domaine te zijn; de verontwaardigde en vol panieke dame van de winkel begon hevig en snel te fransen; ratelde aan één stuk door, tikte onderwijl de telefoontoetsen in, maar ik begreep. Begreep dat het laadadres even buiten Arbois, op een goed bereikbare locatie te vinden was; een kwartiertje later en even verderop bij een grote loods zat de boel erin en kon ik weer verder.

Arbois, op de weg tussen Lons le Saunier en Besançon. Nee, dit keer kocht ik geen gele wijn om nog "twintig jaren te laten liggen". Daar moet je jong voor zijn.

De rest van de middag en de avond besteedde ik om nog wat verder terug naar huis te snorren en dat lukte aardig; wist het land nog uit te komen om nogmaals het Groothertogdom met een nachtje te vereren en mijmer nog wat na over de vin fou van weleer, alsof ik tijdens een partij naar de laatste resten van wat er van de stelling overbleef kijk en terugdenk aan die ene foute zet aan het begin van de strijd waardoor ik, nu, in de eindfase nog steeds die ene pion achter sta.

Aldus schreef ome Willem.
.

donderdag 17 december 2015

Courmayeur

Mont-Blanc massief

.

De afrekening

Koude valt vanaf de hoge bergen de besneeuwde toppen af het diepe dal in waar gedachten en woorden mij overweldigen; de nachturen zijn immers de mooiste en beste om in de diepte te staren.

Twee dagen zwerven; vanuit Korb, waar ik vroeg in de morgen een klant tevreden met afgeleverde goederen achter liet, rolde in één van de drie lange, lange dalen door die het oosten van Stuttgart rijk is. Drie dalen, allen volgebouwd met industrie en woonsteden, een slordige vijftig kilometer lang en ook alle drie voorzien van een vierbaansweg; via de B-10 kwam ik te Eislingen an der Fils; aldaar weer een cliënt die ik met goederen tevreden stelde.

Van nieuws ontstoken; soms ontcijfer ik een Duitse krant en lees over de verschrikking in de streek waar de zogenoemde Islamitische Staat huishoudt; het voormalige land van de Babyloniërs waar een eeuwenoude ziener over vele eeuwen heenkeek en er onder meer dit over schreef:

"Stel je op in slagorde rond de stad, boogschutters leg aan, spaar je pijlen niet, want het heeft tegen de Eeuwige gezondigd. Hef strijdkreten aan, omsingel de stad, ze zal zich overgeven. De torens storten in, de muren worden geslecht" en "Hoor, het land is vol wapengekletter, het gaat gebukt onder oorlogsgeraas. Ach, nu is de hamer die de hele aarde sloeg gespleten en verbrijzeld. Nu is het zelf een schrikbeeld voor elk volk; Babel, je hebt jezelf een val gezet en bent gevangen zonder het te merken" en "Wee hun, hun laatste uur is aangebroken, het moment waarop met hen wordt afgerekend is gekomen" en "Het zwaard treft orakelpriesters, ze staan voor schut. Het zwaard treft de troepen, ze staan verlamd van angst. Het zwaard treft paarden en wagens" en "het land is vol afgodsbeelden, het wordt door demonen tot waanzin gedreven. Er zullen daarom woestijndieren en hyena's wonen. Er zullen struisvogels in de ruïnes huizen. Nooit meer zullen er mensen wonen"

Enkele uren verder; het dal uit, een kleine hoogte over en daarna volgde Ulm waarna ik via Bibberach en Ravensburg doorging tot aan Meerburg. Wederom de Bodensee over en daarna naar de Duitse en Zwitserse douane; na een weinig oponthoud rolde ik "het andere land" binnen, langs de Bodensee en daarna langs de Rijn die de grens vormt tussen Oostenrijk en Zwitserland en wat verderop de grens met het vorstendom Lichtenstein en aldaar stak ik haar over, want er was een ondernemer die wat goederen besteld had die juist ik vervoerde. Reeds was de duisternis ingevallen toen ik er aankwam; na 't lossen bood men er mij koffie aan die ik niet afsloeg om daarna verder te reizen, een lang weg door 't donker terwijl een terugkerende maanschil me op mijn weg vergezelde.

Maar 't gaat nog verder; "Er komt een volk uit het noorden, een grote overmacht. Vele koningen, van de einden der aarde, worden aangevuurd tot strijd. Ze houden boog en zwaard gereed. Wreed zijn ze, meedogenloos. Hun krijgsrumoer klinkt als een brullende leeuw, zo komen op paarden aangestormd. Hun leger staat in slagorde, als één man gereed voor de strijd. Het richt zich, Babel, tegen jouw!", stroven uit Jer. 50.

Italië bereikte ik die avond, zat even in een verlaten knaagschuur waar nog een enkeling verveeld op het grote scherm naar een groene grasmat gevuld met dravende poppetjes zat te kijken; ik dronk er een dormeuse en liep voor de overnachting naar de stuurhut.

Negen uur later, nog steeds donker; in het oosten nog steeds de drie planeten op rij, al wordt de onderlinge afstand steeds groter: jupiter, mars en venus aan de morgenhemel, daaronder nietige ik, de weg volgend richting Bergamo, een kilometer of wat; daarna de weg op naar Milaan en na een luttel aantal kilometers ergens links af, een woonwijk in. Niet veel later stond ik in Macherio waarvoor ik nog wat laatste goederen in de oplegger bij me had.

Verward door de woorden van de ziener. De landstreek waar zich ooit zo'n hoogstaande cultuur bevond, waar thans een vurige toorn overraast. Hoe zal 't Europa vergaan? Het hooghartige en schuldige Europa? Reeds zijn de eerste vreemde zetten gedaan, zetten met een vraagteken; de juiste zet, de juiste voortzetting werd vergeten; als niet relevant, of, erger nog, als een blunder weggewuift.

Een nogal verwarrende reis volgde: een cliënt voor teruglading zou zich nabij Verona bevinden. Die kant dus op, maar net even voor Brescia ontving ik bericht dat het "niet doorging" en keerde ik weerom om naar een andere klant, ten noord-westen van Milaan, te gaan. Maar Bergamo voorbij en wederom telefoon. Te Brescia, waar ik "net" vandaan kwam, lagen nog wat goederen met smart en bestemming Nederland te wachten; welaan, dus weerom gekeerd; echter het gepingpong had wel het effect dat ik net voor de middagpauze aankwam; er zat niets anders op dan te wachten tot half twee, tot het einde van de Italiaanse eetcultuur.

De huiveringwekkende woorden blijven me bij; reeds de hele nacht. Door de woorden heen lees ik gericht, maar ook bevrijding; gelijk ontroerende muziek waar droefheid en vreugde hand in hand vanaf de snaren klinkt en de oren vult; hoor! Het leven gaat dieper, dieper dan dat de nacht zich denkt.

Het zat er snel in; nog voor twee uur rolde ik weer verder, op weg naar 't noordwesten van Milaan. Het "liep" zo goed, zonder enig oponthoud, dat ik nog voor vieren aan de laadramp stond voor de resterende goederen; wederom, tegen de gemiddelde verwachting in, snel de bubs erin waarna ik alweer verder ging, dit keer op weg naar een adresje in Frankrijk. Inmiddels bedekte de sluier van 't duister de wereld om mij heen terwijl links van mij een weinig gegroeide maan meereisde, Lombardije uit, de vlakte van de Piëmontse Po uit, het lange dal tussen de Alpen in, tot aan Aosta waar ik de nacht doorbreng.

"Val Babel aan! Val aan van alle kanten! Breek de voorraadschuren open, gooi alles op een hoop, al was het graan. Vernietig alles, niets mag overblijven! Snijd alle leiders de keel af, voer ze naar de slachtbank, al die stieren. Wee hun! Hun laatste uur is aangebroken, het moment waarop met hen wordt afgerekend is gekomen".

Kennelijk: ooit komt de afrekening.

Aldus schreef ome Willem.
Verzonden vanaf mijn BlackBerry®-toestel van T-Mobile

woensdag 16 december 2015

Onderweg

De B-10 naar Ulm.

Verzonden vanaf mijn BlackBerry®-toestel van T-Mobile

dinsdag 15 december 2015

De eenzaamzee

Timide, en vroeg donker; nog voor vieren trad schemering in. Kale bomen, en nog steeds voortrazend verkeer, alsof daar nooit meer een einde aan komt.

Een tijd lang vulde een directe zon met licht de dag; later vanachter een grijze deken. Tussen kale takken een blauwpaarse gloed. Droge lucht vol onbestemd verlangen.

Eerst twee adressen ten oosten van Stuttgart die ik nog in de morgen in de Moerdijk in de oplegger liet zetten en vervolgens urenlang tussen vangrail door, via Venlo de "61" op, de snelweg die ooit de vlaaienbaan genoemd werd omdat er zoveel limburgers gebruik van maakten; limburgers, ja, Nederlanders werden schaars op die route. Zoals overal voor een groot deel vervangen door Oost-Europeanen.

Met argusogen ga ik ze, waar mogelijk, voorbij; de Roemenen, Polen, Bul- en Hongaren die per kilometer minder salaris ontvangen dan dat de tol kost; het Europa dat bevoorraad wordt door slaven.

Inmiddels gaat het riskante Draghispel door; miljoenen biljetten worden bijgedrukt en een geschiedenis waar niets van geleerd werd herhaalt zich. Hoelang zoeven we nog met zovelen over de weg? Hoeveel winters nog?

Tussen Heilbron en Stuttgart sla ik af en rol richting Backnang; vandaar reis ik naar Korb, een eerste adres en kom om zeven uur aan; vind er een parkeerplek voor de nacht.

Wanneer. Wanneer breekt het zich door? Wanneer gaat het volk beseffen dat er met haar gespeeld werd? Ach, volk. Er is geen volk meer. Volkeren werden massa, een zee van eenzamen.

Losse moleculen die geen stof meer vormen.

Rijp om te imploderen.

Met somberheid geslagen tracht ik de slaap te vatten.

Aldus schreef ome Willem.
Verzonden vanaf mijn BlackBerry®-toestel van T-Mobile

zondag 13 december 2015

In allerijl

Even een paar schaarse plaatjes van de afgelopen week....


Spoorwegemplacement van Sarreguimines, een oude grensplaats

Sélestat, de mooie toren

Door 't Zwarte Woud, in de verte besneeuwde toppen


Op grote hoogte. Vóór mij het dal van de Rijn, gevuld met een dikke mist


Bodensee


Terug door de heuvels

Vrijdag, geheel ergens anders.  Rearen, de oude grens tussen Luik en Aken.