Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

donderdag 24 november 2011

De pion.

En jawel, hoor, mijn schrijven van gisteren heeft nogal wat verontwaardigde reacties voortgebracht die meestal in schaaktermen werden geuit, zoals een collega van mij die vond dat ik niet zo hoog van de toren moest blazen en iemand anders brieste of ik soms over een wit of zwart paard was heengetild.

Niettegenstaande dat vertrok ik vanmorgen in alle vroegte en stilte, richting Wrocław, waar het een beetje mis ging.

Wát er mis ging, weet ik niet, maar ik zal een bord hebben gemist waardoor ik in ontij pardoes de stad in reed waar inmiddels, sinds de rondweg klaar is, de wegbewijzering "verhangen" is en ik verdwaalt met mijn veertigtonner door de straten van de grote stad doolde.

Zo kwam ik opeens uit bij de oude, prachtig mooie hangbrug midden in het centrum, reed langdurig door dure winkelstraten van de wakkerwordende stad om uiteindelijk rond half zeven mijn dwaaltocht te beëindigen toen ik op gevoel de zuidkant van de stad weer bereikte en daar een stuk snelweg richting Duitsland nam, tot aan de afslag Bolesławiec om via de oude weg naar Gorlitz te snorren, de weg, die, na het gereed komen van de neven liggende snelweg, nu lekker rustig is geworden.

Weer een ander vroeg of ik soms dacht dat ik de koningin was en meende dat de rode loper voor mij uitgerold werd, jawel, en met zoveel ophef over dat ene schrijven voelde ik mij natuurlijk de koning te rijk.

De ontwikkelingen in Polen gaan hard, héél hard; een heel web van snelwegen is in ontwikkeling, wellicht noodzakelijk, maar of het er mooier op wordt? Jammer ook, dat men in het land weinig oog heeft voor het eigene, de eigen Poolse producten, en men én masse overgaat op het consumeren van "westerse" poducten. En de producten, merken, die het goed doen, zoals het fruitsapmerk Timbark, valt dan al snel ten prooi aan en in handen van westerse multinationals, overigens iets, wat in heel het oude "oosten" plaats vindt.

Al snel reed ik de grens over waarna van mij het uiterste werd gevraagd: het rijden van ruim driehonderd kilometer aaneengesloten snelweg, want bij Erfurt kon ik nog wat paletten bijladen, hetgeen geschiedde, maar nog is de koek niet op.

Recht naar het Noorden, te Klötze, vlak bij Wolfsburg, ligt nog een deelvracht te wachten die ik morgen ga laden, mits onvoorziene omstandigheden, maar dat betekend wel manoeuvreren over heerlijke bundeswegen langs de voormalige Duitse deelgrens, Nordhausen, Halberstadt en zo verder.

Daarna natuurlijk weer naar huis en dan eindigt weer deze enerverende "Poolse" reis, een reis waar ik nog menigmaal aan zal terug denken.

Met welke woorden moet ik het omschrijven? De karakteristieke dorpen, de natuur die nergens zo natuur is als in Oost-Polen. Maar onbeschrijfelijk, werkelijk onbeschrijfelijk is de lichtval, hier in wintertijd, van de zon, oogverblindend, en, ik probeer toch maar, zij legt een doffe glans over het landschap, aan de horizon lijkt het overdag nacht, op het water liggen gniffelnevels op de loer die er als trollen op dansen, het gras, de akkers, in de morgen wit, maar in de loop van de dag blijkt het ijs verdampt. De bovenlucht diep blauw tot zwart en kijkend over de uitgestrekte velden naar de einder met de zon tegen blijkt onmogelijk.
Zo ongeveer, maar de juiste woorden vind ik niet. Zijn er niet, denk ik.

En daartussen oneindig veel eindeloze wegen, kronkelend door het land, het land waarin eigenlijk geen snelwegen passen, net als Frankrijk, trouwens, wat daardoor ook foeilelijk werd.

Als ik iets zou willen stoppen, indien ik kon, was het aanleggen van snelwegen, met name hier in het oosten, ja, weg met de snelweg, weg er mee! Stop de snelweg!

Maar ja, in mijn eentje begin ik niets tegen de opmars van de snelweg.

Helaas.

Want ik ben immers slechts een klein pionnetje op het grote schaakspel.

Aldus schreef ome Willem.
---