Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

woensdag 23 november 2011

Zuckertort.

Vlak na Kepno vond ik een laatste rustplaats, voor vanavond dan, maar wel het resultaat van ruim een uur zoeken, de dag, die begon in schemer, nevel en vrieskou, op weg naar de stad die keer op keer kampioen van de Europese Unie is wat betreft het hoge percentage werklozen en natuurlijk hoef ik u niet te vertellen dat die stad Radom heet.

Regelmatig staken fluisterende nevels de weg over, alsof ze aan mij vroegen: "wat die JIJ hier?", iets, dat ik mij gisteren ook al af vroeg.
Vannacht trouwens was ik even wakker. Even, even maar, dacht ik dat er naast de auto bruine beren in de berm graasden, maar voordat ik de zotheid van deze gedachte zelf door had, sliep ik al weer.

Het laat mij maar niet los, de omgeving waar ik rij. Steeds denk ik aan die vervlogen, absurde, tijd terug, een tijd die ik alleen uit boeken ken, een tijd voor mijn tijd.

De omgeving kreeg steeds meer weg van een steppe en het werd hier en daar wat geglooid met steeds minder behuizing.

Via Zwolen en Puławy kwam ik reeds in het begin van de morgen aan bij een stad waarvan het oude centrum prachtig op een heuvel ligt, de stad waar de eerste verliezende finalist van het wereldkampioen schaken het levenslicht zag.

In de stad woonden Joden, héél veel Joden, meer dan de helft van de bevolking, bijna 70 procent.

Mochten er onverhoopt nu nog vragen bij u zijn omtrent welke stad ik het nu heb en over wie het hier gaat, dan blijkt hier wel uit een algemene ontwikkeling beneden het aanvaardbaar maatschappelijk minimum niveau, want wie zijn klassiekers maar enigszins kent, weet dan meteen dat Johann Zuckertort, geboren in Lublin, nakomeling van ene rebbe Ezechiël Curciertort, een tijd lang als beste schaker ter wereld gold, maar na een eerste, echte, kampioensmatch, (waar hij nota bene met 4-1 voor kwam te staan, maar door een onverklaarbare ineenstorting de match met 5-10 verloor) zag hij dat die eerste titel naar Wilhelm Steinitz ging.

Niet ver hier vandaan ligt Bełzec, precies op de grens van het oude Duitsland en het bezette Polen en de Nazi's verkozen die plek voor een kamp omdat er dan vanuit Silecië en vanuit Polen Joden naartoe konden worden vervoerd en er geen gedoe ontstond met douane en zo, want burologen bleven het. Een ander deel verdwenen naar het nabijgelegen Madjanec.

Na mijn laatste klant in Lublin er uit gegooid te hebben, toog ik als een haas via Chełm naar Dorohusk waar ik de grens met de Oekraïne passeerde en net rond de middag kwam ik aan en Kowel.

Alle Joodse burgers uit Lublin overleefden het, op slechts twee na, niet en kwamen om in de twee kampen.

Tot mijn verbazing en tegen alle verwachting in zaten de zes paletten die ik er zou laden er in mum van tijd in en kon ik nog met daglicht derwaards keren, weg uit dit boevenland, want langs de wegen stonden regelmatig ongure sujetten, gekleed in dikke jassen metvan die zwarte bondmutsen, net de beren waarvan ik droomde.

Trouwens, vermoedelijk speelden Zuckertort en Steinitz om de eerste wereldtitel ooit, want pas later zijn andere sporten zich met wereldtitels gaan bezig houden. Schakers blijken hier dus trendsetters te zijn geweest.


Eerst zou ik nog verder gaan, naar het noorden, naar Belarus, beter bekend als Wit-Rusland, maar doordat het niet eenvoudig bleek met de geladen handel de grens tussen de twee staten te passeren, zag het thuisfront daar maar van af.

Toch kon ik het niet laten om even, net voor de grens, in Lubon, te stoppen omdat ik op de heenweg had gezien dat er een grote markt gaande was, maar na een half uurtje hield ik het voor gezien.

De grens verliep soepeltjes, beter als al die geladen wagens die de Oekraïne in willen en wat dat betreft had ik aardig geluk leeg binnen te zijn gekomen.

De terugweg ging weer langs de geboortestad van Zuckertort. Ooit speelde ik met een team tegen een tiental van een schaakvereniging die zich in zijn naam aan deze schaker had verbonden, een club, reeds opgericht rond het WK van die twee, dus rond 1860, maar of deze club, uit Amstelveen, nog bestaat?

Zuckertort werd niet oud, nog geen vijftig, ver voordat de Duitsers zijn Lublin annexeerden.

Aldus schreef ome Willem.
---