Nee; tot noordelijke streken kwam hij nog niet, ook niet het gebied waar ik gisteren op doorreis door kwam, de Ardennen en de Eiffel die later, door Trajanus, aan het rijk werden toegevoegd; mijn reis gisteren en vandaag kruisen dus nergens wegen waarover hij ging, mijn reis naar Stuttgart die begon rond zes uur en onder een nog heldere halve maan, zou, nadat ik afgelopen vrijdag al in Amsterdam de hoofdmoot geladen had, ik in Moerdijk nog een kist bijladen, maar die bleek nog vanuit Korea onderweg te zijn en op zee, in een container te zitten.
Hoewel het niet precies tweeduidend keer 365 dagen, vermeerderd met om de vier jaar een schrikkeldag, geleden is, komt wel de datum overeen: 19 augustus: desalniettemin missen er 10 dagen omdat op donderdag 4 oktober 1582 vrijdag 15 oktober volgde, zijnde een kleine correctie vanwege het feit dat men tot inzicht kwam dat een seizoenjaar een fractie langer duurde dan de tot dan toe veronderstelde 365 dagen; men over ging van de Juliaanse tot de Gregoriaanse tijdrekening en omdat ze bij decreet door Paus Gregorius werd uitgevaardigd, heeft het tot ver in de zeventiende eeuw geduurd voordat ze in, onder andere, de protestantse Nederlanden, algemeen werd geaccepteerd.
Ongeveer twintig jaar eerder voordat hij vandaag, nu tweeduizend jaar geleden, in het Italiaanse Nola bij Napoli stierf, vaardigde hij een dogma, een decreet, een bevel uit voor een volkstelling, vermoedelijk op aandringen van een landvoogd genaamd Querinius, en wellicht niet voor de laatste keer en niet voor het hele Romeinse rijk, maar slechts voor een oostelijk deel, een decreet waardoor oude, Joodse voorzeggingen op merkwaardige wijze vervuld werden, want door het uitgevaardigde dogma werd de Jood Jeshua niet in het noordelijk gelegen Galilea, maar in het Judeesche Betlehem geboren; tijdens Zijn opgroeien en jeugd moet dan ook een Romeinse troonswisseling, thans, wat datum betreft, dus exact tweeduizend jaar geleden, hebben plaatsgevonden.
Want in het jaar 14, op, zoals reeds geschreven, 19 augustus stierf de keizer in bijzijn van zijn derde echtgenote en moeder van opvolger Tiberias, Livia, op een voor die tijd uitzonderlijk hoge leeftijd van 77 jaar in de maand die hijzelf zijn naam had gegeven, één dag nadat, bijna 1800 jaar later, een andere keizer een bevel uitvaardigde dat iedere inwoner van zijn rijk van een (acher)naam moest worden voorzien.
Aldus schreef ome Willem.
---