Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

dinsdag 15 maart 2011

De droefenis.

Een droeve dag vandaag, maar dat is de vijftiende maart al jaren, een datum die in mijn geheugen staat gegrift.

De dag zag er overigens niet bepaald droevig uit, integendeel, alles en overal onthullen zich gestaag de lentekleuren, gele brem, rose en witte japanse kers, hier en daar reeds vers groen blad en zowaar, ten zuiden van de Loire, bloeiende mimosa en al die kleuren, het nieuwe leven, geven troost en hoop.

Vanaf Evreux reisde ik via Nonancourt naar Verneuil waarna ik afzakte naar Montagne au Perche en vanaf ongeveer daar week het wolkendek en maakte plaats voor zonneschijn.

Na Bellême reed ik via Belletable naar Le Mans, kwam langs het race- circuit en volgde de oude weg naar La Flèche tot aan Baugé vanwaar ik, achteraf, een landweg op schoot naar Beaufort en vandaar voerde de weg verder, de prachtige Loirebrug bij Gennes over en niet lang daarna kwam ik aan in Cholet, nog geen twintig jaar geleden nog een klein stadje waar je dwars door kwam, thans ontwikkeld met er omheen een rondweg én een autoroute.

Na een goed half uur kwam ik aan in Montaigu, de plaats waar ik de complete lading achterliet en nog voor half vier had ik de retourlading vanuit de Nantese haven er al weer inzitten.

Eindelijk weer eens in Nantes, de stad waar ik in 1973 een tijd lang twee keer in de week kwam, de stad waar de schrijver van 20.000 mijlen onder zee en Michaël Strogoff, koerier van de czaar en andere boeken werd geboren en iedereen weet natuurlijk dan dat met de schrijver de ongeëvenaarde Jules Verne bedoelt wordt.

Al 21 jaar herdenk ik deze dag, want het is alweer 22 jaar geleden en soms eet ik die dag niet eens. Vandaag zou dat niet helemaal gaan lukken, want een jonge collega kruiste mijn pad en we spraken ergens af om de avond door te brengen en dat was natuurlijk weer bij een routier, een Franse knaagschuur.

Zo reed ik eerst terug, via Ancenis richting Angers, een klein stukje snelweg en al spoedig was ik weergekeerd op de weg Baugè - La Fléche en toen ik die twee plaatsen achter mij had gelaten kwam ik de betreffende collega tegen bij een knusse knaagschuur. Onder het eten zaten wij met de rug naar de kwelbuis en hadden zo uitzicht op de kijkende gezichten van de Franse eters die tegelijkertijd etend één of andere vage voetbalwedstrijd aan het volgen waren wat weer voor ons een koddig gezicht was.

Daarna nog wat bar gehangen, hij aan de kir, ik aan het prikwater en ik heb hem, op dat moment, maar niet vermoeid wat mij vandaag tot innerlijke droefenis stemde.

Het gebeurde, 22 jaar geleden bij de slager in Weesp, plotseling. Daar, op 15 maart, overleed mijn moeder.

Aldus schreef ome Willem.

---