Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

woensdag 17 november 2010

Jan.

Het is al donker wanneer ik weer eens door het oude stadje loop, en op de hoek, waar je rechts af naar Lussan gaat, is nog steeds een kleine supermarkt. De straten zijn niet erg veel veranderd, al heeft men hier ook allerlei lelijk uitziende obstakels op de zijkanten van de stoep geplaatst, maar die epidemie is europees. Toen ik er bij stil stond hoe lang het geleden was dat ik hier een vakantie doorbracht, schrok ik even, want het is nu welgeteld meer dan 28 jaar geleden, dus meer dan een kwart eeuw. Verreweg de meeste ouderen die hier toen liepen "zijn" niet meer en iedereen jonger dan 28 waren er nog niet terwijl dit stadje er nog hetzelfde uit ziet. Alleen de neringdoenden zijn natuurlijk grotendeels gewisseld en als ik zo deze merkwaardige kringloop der dingen overdenk maakt zich een merkwaardig gevoel van mij meester.

Natuurlijk wat somber want dat heb ik altijd met de herfst, maar ook wat het midden houdt tussen idolaat en ironisch, en ik voel me al een beetje een vallend blad.

De wind was moe toen ik vanmorgen opstond en een vale zon verwarmde het koude ochtendgloren.
Drie oude mensen, waarvan twee met de ouderwetse alpino, wezen mij de weg naar Cave Septembre in de doodse straat van het evenzo doodse Abeilhan. Heel veel heet hier trouwens Jan, althans je spreekt het uit als jan.
In het noorden vind je veel court, Omicourt, bullecourt, Cagnicourt, en hier in het zuiden, Servian, Roujan, Espondelian, Marseillan, plaissan, Perpignan, Sigean en Serignan om er maar een paar te noemen, en bij Frontignan keek ik recht de zee in. Inmiddels betrok de lucht. Langzaam, uiterst langzaam, maar tegen de middag was het bewolkt.

Net na de middag keek ik na het dorpje Vauvert vanaf een hoogte over de Camargue waar ik zag dat heel wat moerasgebied nu onder water staat omdat alles is volgelopen met herfstwater. En tegen vieren, aan de bovenloop van de Gardon nabij de stad Ales, begon het reeds te donkeren.

Zo kwam ik rond vijven hier aan, één van de, misschien wel de, oudste hertogstadjes van Frankrijk, een hertogdommetje dat de franse revolutie wonderbaarlijk heeft overleefd, Uzes, waar nog steeds de hertog woont.

Een stadje waar ik, na de vakantie van 1982, nog één keertje, rond 1990, rondstruinde. In het oude voetgangersdeel, dat vol met boogjes en smalle steegjes zit, stap ik een pittoresk uitziende taverne binnen voor een warm kopje Ceylon-thee. Mijn oog valt op de kaart van de kleine gerechten en ik kan niet nalaten een plaatselijke poranan met humus te laten brengen. Even smullen dus. Een half uurtje later slof ik voor de nacht terug naar mijn slaaphut. Morgen nog een paar laadadresjes, maar omdat ik meer en meer naar het noorden ga, zal er geen jan meer tussen zitten.

Aldus schreef ome Willem.


---