Het speelde zich af tussen de Montagne Noir en de Luberon; bij de stad Mazamet waar op de noordhelling nog vele ruines te vinden zijn van de voormalige wolindustrie; bouwsels die ooit het water van de stijle hellingen gebruikten om machinaal de wol te bewerken en aan de zuidkant, tussen Carcassonne en Nimes, een gebied, graag gewild door de Romeinen omdat er goud en zilver in de grond te vinden was; twee riviertjes, de Orbiel, wat "oud goud" betekend en de Argent Double (dubbel zilver) herinneren daar nog aan; pas in 2003 sloot in Salsigne de laatste goudmijn haar schacht.
De tweede maart; weidse uitzichten; vanaf Beziers zag ik van ver de Zwarte Bergen nog; erboven donkere wolken en daartussen kleuren, horizontale kleuren, kilometers lang, kleuren van een liggende regenboog.
Ten noordoosten van Beziers én ten noordoosten van Montpellier nog de binnenlanden bezocht, een prachtige streek met schitterende dorpjes en oude stadjes, tegenwoordig verziekt met allerhande straathindernissen; een overdaad aan rotonden, drempels en versmallingen en met een zware truck heeft het er veel van weg dat je over onontgonnen terrein rolt.
Dan; pal naar 't oosten, langs, onder meer, Saint-Remy-en-Provence dat ruim honderd jaar terug door Vincent van Gogh werd bezocht, langs Cavaillon en dan de weg op ten noorden van 't Luberonmassief; tot pal voor Apt waar ik wederom een standplaats vond, dit keer waar de lichtvervuiling tot een minimum beperkt bleek; waardoor ik kon genieten van een zinderende sterrenpracht zolang de wolken het toelieten.
Tussen Mazamet en Apt, de tweede maart, met zicht op weergaloos gevormde wolkenvelden; tussen duizenden bomen en struiken door, de meesten nog sereen eerbiedig wachtend totdat het sein gegeven wordt dat ze weer mogen spruiten terwijl sommigen niet wachten konden; bloeiende mimosa en prunusbomen, ja, reeds de eerste chinese klokjes, de gele forsythia's! De lente is aanstaande en ik zag hier reeds haar eerste, zwakke geluid.
Aldus schreef ome Willem.
.