En toen ik er klaar was, stoof ik meteen verder, op weg naar het volgende adres en daarvoor moest ik een tweehonderd kilometer bijna pal naar 't westen en over een route welk ik vermoedelijk nooit eerder reed; eerst een stuk richting Angolême, vlak langs Oradour sûr Glane, en ik passeerde Sint Junien waar ik afsloeg naar Confolens en kwam vervolgens door Pressac, Charroux, Sauzé-vaussais en het bekende Melle; vervolgde via Celles sur Belle de route naar Niort en daar voorbij, vlak voor Fontenay-le-Comtée en even voor twaalfen kwam ik daar aan; bij welwillende lui, want ik werd nog gelost, een feit dat mij vermoedelijk een hele dag winst op zou leveren. Had men mij niet voor de middag gelost; ik zou te laat gekomen zijn bij mijn laatste adres te Blois, wederom een dikke drie uur karren; jawel, in Frankrijk lijken onderlinge afstanden niet op die in Nederland.
Half vier in de middag en ik stond voor de poort bij de klant te Blois, mijn laatste losadres en binnen nog geen kwartier was ik los; vier adressen had ik inmiddels opgekregen om terug te laden; de eerste te Henrichemont, nu vrijwel pal naar 't oosten en wederom door voor mij nog deels onontgonnen gebied; achter in de kar alleen nog mijn fiets met, zoals u in 't vorige bericht heeft kunnen lezen, een lekke achterband.
Opeens, net nadat ik uit Blois wegreed en reeds de Loire over was, en misschien een twintig minuten onderweg was, zag ik het; iets dat er uit zag als een reparatiewerkplaats van kleine tuinbouwmachines en, niet onbelangrijk, ik kon er stoppen zonder verkeershinder te veroorzaken. Stoppen, net even voor Bracieux en ik haalde het rijwiel uit de kar en vroeg of ze mijn achterband konden plakken.
Het zal ook in Nederland bekend zijn, maar ik had het niet eerder gezien. Iedereen, met enige kennis van zaken, weet, dat een achterband -binnen- of buitenband, dat maakt niet uit- wisselen van een fiets in ieder geval aan een kant de boel moet worden losgehaald om er een andere band tussen te wurmen. Eerst vroeg ik of ze de band konden plakken, waarmee het de- en monteren van het achterwiel achterwege kon blijven, maar plakken? Dat kon men er niet.
Edoch, men had een andere oplossing. De lekke binnenband werd eruit gehaald en doormidden geknipt. Vervolgens nam de monteur een langwerpig stuk binnenband; opeens zag ik het.
Een langwerpige "band", midden op het ventiel, een lengte gelijk aan om en nabij de omtrek van het wiel en aan beide uiteinden gesloten hetgeen tot voordeel heeft dat de binnenband, daar zij immers niet gesloten rond is, zonder sleutelen aan het achterwiel eenvoudig in de buitenband kan worden gelegd en ik vroeg me af; "Waarom heb ik dat toch niet uitgevonden!". Alles bij elkaar, misschien tien minuten en ik kon de fiets weer in de kar terugleggen en opweg gaan, verder door, naar bleek, een waanzinnig mooi natuurgebied met stille, kleine meertjes, vreemde moerassen en geen boom, geen akker meer die niet groen was; langs Neung sur Beuvron en, zowaar, voor de tweede keer deze week, door Salbris en vandaar door, vooral, bosgebeid, door Neuvy sur barangon en als laatste door Ivoy le Pré voordat ik aankwam in Henrichemont, een grappig dorpje op een flinke heuvel; enkele kilometers verder was 't laadadres alwaar ik de stuurhut neerzette, de gerepareerde fiets pakte en terugklom naar 't dorpje om er als een adelaar op zoek naar zijn prooi iets te eten te vinden, hetgeen ik vond in een achterafstraatje waar een Fransman een Turkse kebabtent als nering had; ik stelde me tevreden met een stukjes gegrilde schaap en wat brood, benevens een flesje bruisend mineraalwater en nadat ik na het avondeten het dorpje had uitverkend daalde ik, al ware ik een enorme oehoe vallend op een veldmuis, met grote snelheid af naar de groene Daf.
Het was me 't dagje wel weer geweest: Limoges-Niort-Blois-Bourges; weinigen hebben het voorrecht zulke mooie reizen te maken, een reisje door het Franse middenrif.
Aldus schreef ome Willem.
Verzonden door ome Willem