Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

maandag 21 juli 2014

De ouverture.

Het zijn doorgaans drama's, muzikale drama's, operaas of een operette die met een ouverture beginnen; uitsluitend instrumentaal; het toneel en zang is voor later, maar in een ouverture zitten wel reeds de thema's geweven van het verdere verloop; vaak omfloerst, als een geheim verborgen, zoals een walnoot zich in haar dop verschanst

Maar ook wendingen in de geschiedenis, de wereldgeschiedenis, kennen hun ouvertures:
het gebeurde niet lang nadat ik vrijdag opstond van de klamme buitentafel van de routier tussen Vatan en Vierzon en met de truck de weg op naar Nederland ging; nog wel nadat ik het dichte bos naar Aubigny achter me had gelaten en over de oude N-weg van Bourges naar Parijs op Montargis afkoerste, net na de vermaarde driesprong waar de weg samenkomt met de N-7, Moulins-Parijs, zo ongeveer op de plek waar ik een slordige veertig jaar geleden bij een tankstation mijn oude ribfluwelen jasje even had uitgedaan en daarna vergat mee te nemen, dus nog voor dat ik rechts af, richting Sens snorde, dat ik er via de radio wat verkruimeld van hoorde, van de mare, de vreselijke mare.

Niet onverwacht, toch geschokt, want dát er wat stond te gebeuren, was mij duidelijk, maar wát kon ik onmogelijk bevroeden; het financieel en moreel failliete Europa kan immers nauwelijk geen kant meer op; na de tintelingen van de plotselinge tijdskanteling, nu bijna twee jaar geleden, tekent zich langzaam en zeker een schrikkelijk silhouet aan de horizon af; 't wordt steeds duidelijker, grimmiger.

Die dag: het was snikheet weer; met een kromming meed ik het altijd te drukke Parijs: Sens, Nogent sur Seine en via Sézanne naar Reims; met nog ruim een uur of vier rijtijd op de klok over kwam ik aan bij Jojo, aan de Frans-Belgische grens waar het tijd was voor koffie; waar langzaam de ernst van de catastrofe tot mij drong.

En vanaf dat moment bleef ik het volgen, zo breed mogelijk. Maar niemand die een verband zag. Niemand, terwijl het zo voor de hand ligt; de ouverture! Waar zagen we dat eerder? Welke herhaling vond hier plaats? Nergens las of hoorde ik enige associatie, maar bij mij bleef het door m'n hoofd spoken, op de verdere weg naar huis, en ook, ook de dagen daarna.

Hoeveel meter zal het geweest zijn? Een honderd misschien? Maar met een loepzuiver schot trof de kogel aartshertog Franz Ferdinand, met de dood, uiteindelijk de dood van miljoenen, tot gevolg: eind juni 1914 en nu, nadat honderd jaren verstreken, nog geen maand later: een eveneens loepzuiver afgevuurde raket ontneemt honderden levens, totaal onverhoedst, tijdens een oogknip, in een schaduwveeg ogenblik: maar blijft het daarbij?

Het arrogante Europa heeft zijn hand overspeelt: een Rutte dat als een ongevaarlijk kefhondje de Russen de les leest. En "onze" Franske Timmermans, die te Kiev een fraaie dans met holocaustontkenners niet schuwde en nu zijn hulpe verwacht van de Verenigde Naties: Waarom vind ik dit allemaal lachwekkend, ja, weerzinwekkend!

Steeds meer ontpopt zich, van beide kanten, het vijandsbeeld en met lede ogen zie ik de tandeloosheid van de Europese tijd, want wat de Israeli's veertig jaar terug in Entebbe flikten met levende gegijzelden en waar slechts één militair, de broer van Netanyahoe, sneuvelde, zie ik Nederland noch Europa niet eens met een trein vol onschuldig vermoordden doen.

Wat er vrijdag plaatsvond is niet zomaar wat, geen incident, maar de opmaat, de ouverture voor veel meer en erger; Rusland en Europa hebben een cultuur waarin kunstmatige, onpersoonlijke en zelfgeschapen levenvormen samenklonten dat zich ontwikkelde tot een kerker met te nauwe luchtgaten; volk grenst aan volk en het feit grenzen, grenzen van eigen macht, wakkert haat, aanval en vernietiging aan.

Inmiddels reed ik onder een grijs wolkendek door, via Maastricht en Luxemburg naar Zwitserland terwijl zo nu en dan onstuimige regen rondom mij neerkletterde; tijdens de afdaling bij Nancy, op de weg naar Epinal en ook tijdens te tocht naar pontarlier lieten enorme buien zich niet onbetuigt; 't was onwerkelijk weer en aan 't einde van de rij-tijd stak ik nog net de Zwitserse grens over.

En terwijl ik de regen op het cabinedak beluister, wordt de voormaals koude oorlog opgewarmd, ontvangt het vijandsbeeld steeds vastere vormen; ondanks dat vredelievenden luidruchtig rammelen aan de tralies van de onmacht; het failliete Europa wil haar uiteenvallen verbloemen met een Vijandsbeeld, uit machteloze wanhoop, en de Russen, op hun beurt, eveneens: splijtzwam Oekraine en 't is niet meer te keren. Er is niets dat ons van dit feit en de gevolgen kan bevrijden; zoals het was, zal het zijn. Of er zal, na deze ouverture en het daaropvolgende drama, helemaal niets meer zijn.

Aldus schreef ome Willem
---