Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

vrijdag 25 oktober 2013

de oostronde

Een onwaarschijnlijk mooie herfst, wat dat betreft: de natuur bevindt zich alleminst in een crisis; het samenspel van de intensieve kleuren met het ferme zonlicht benevens de zomerse temperaturen doet de herfsten van de meest voorgaande jaren verbleken.

Vanuit Graz was het nog een heel eind naar het laadadres, ergens ver weg boven de Donau, een reis dwars door Oostenrijk waar het eerst nog voorruitreinigend weer was en de regen de natte herfstbladeren op de bergen donkerroodbruin kleurden, bergen met grote groene vlakken en daartussen vlekken met het bruinrode kleur van het loofhout en zo passeerde ik Bruck; van en naar het oosten moest je voorheen altijd over Bruck, Bruck an der Leitha of hier, over Bruck an der Mur, de Mur, een grimmig Alpenriviertje dat kolkend tussen ravijnen door haar weg vind en in Maribor opgaat in de Drava.

Hoe verder in noordwaarts kwam, hoe helderder, en zeker ook warmer, het weer; in de verte zag ik een wolkenloze vlakte en rond de middag stak ik bij Tulln de Donau over en kwam zo op de enorme vlakte die men de Wagram noemt, een vlakte waar ooit een hevige slag tussen Franse en Oostenrijkse troepen plaatsfond, en ach, waar is toch nog een streek te vinden altijd gevrijwaard van oorlog?

Inmiddels was het echt warm geworden, de lading, boven in het heuvelachtige Niedern-Östenreich, zat er snel in en na nog een korte pauze snorde ik verder, nu richting Nederland en vanwege de open grenzen reisde ik over vrijwel uitgestorven wegen schuinweg naar het noorden, langs Horn en schrems en stak bij Nagelberg de grens met buurland Tsjechië over en onderwijl genoot ik van het aanblik wat ik geschonken kreeg, de aanblik van prachtige, herfstige vergezichten in een alles koperkleurend zonlicht; links van mij in de verste verte de Donau-vlakte, rechts fermgekleurde heuvels en boven mij een blauwe lucht versierd met enkele rondvormige sneeuwwitte wolken die zo stil hingen dat ze zich verankerd leken te hebben.

TŘebon en České Budějovice volgde spoedig, waarna ik de weg naar Vodňany en Písek nam, immer genietend van weg, weer en omgeving en tijdens de route van Nepomuk naar Plzeň verstopte de zon zich langzaam maar zeker achter de bergen, dus werd het tijd voor pauze en boodschappen hetgeen ik in laatsgenoemde stad deed, gewoon, bij Albert, een "dochter" van onze A. Hein.

In de avond kwam ik nog tot Marianské Lázně en bracht er de nacht door en vanmorgen weer verder, een dagreis van huis en het was donker toen ik vanmorgen vertrok; niet alleen donker, ook mistig, een groot deel van de weg, langs Cheb, en ook daarna. Pas toen ik wat hoger in het geheimzinnige gebergte kwam waar tijdens Wereldoorlog Twee Adolf Hitler zich met zekere regelmaat terug trok (om nooit opgeloste redenen, al bestaan er vermoedens), het zogenoemde Fichtlgebergte, werd het weer helder en bleef het mistvrij.

Het mooie weer hield aan, bij Karlstad en nog tot en met Lohr am Main en al genietend reed ik door de bossen, de open vlakten, langs de laatste wijnvelden die met gebroken geel hun plaats markeerden, door pittoreske dorpjes, maar bij het naderen van Frankfurt en snelweg reed ik bewolking, dawelke later ontaarde in een flinke regen, tegemoet.

Nog even, nog even en dan is ook deze pauze om. Dan volgt nog een laatste stuk naar huis, een laatste stuk saaie snelweg, het deel, de "drie"') waar ik de week mee aanving en komt er een einde aan deze ronde door het oosten.


Aldus schreef ome Willem.

') De "drie", autobahn 3, Keulen-Frankfurt (en uiteindelijk München).
---