Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

dinsdag 30 april 2013

De antidemocraat

Het is nog zo ongeveer het enige wat nog rest, het enige wat ons nog, al is het voor even, bevrijdt van de democratie, als een kleine zonnedoorbraak door de somberwolken waardoor het aangezicht een paar tellen aangenaam wordt geprikkeld; met toegeknepen ogen even stilstaan en genieten.


Dat is wat het volk, vermoedelijk zonder enig besef, voelt, vandaag de dag en wat zich vertaalt in het Oranjegevoel; nee, Nederland is niet zozeer koningsgezind, maar, veel meer, Oranjegezind, een kleine nuance.

Over democratie bestaan ernstige misvattingen, zoals de opvatting dat je eigenlijk een verantwoording hebt om te stemmen: niet stemmen wil dan zeggen dat je verder maar je mond moet houden, maar dat is natuurlijk een drogreden.  Juist door te stemmen neem je afstand van je verantwoordelijkheid, juist door te stemmen hevel je de eigen verantwoordelijkheid over naar iets (een partij) of iemand anders en neem je afstand, ja, vernietig je de eigen verantwoordelijkheid en maak men zichzelf als iemand zonder enige stem en inbreng; weggegeven aan iemand waarvan de stemmer vindt dat hij het beter kan en doet dan stemmer en wordt speelbal van diegene aan wie men zijn verantwoording overdroeg. Een niet-stemmer houd daarmee zij eigen verantwoordelijkheid en heeft deswege meer recht van spreken, ja meer recht tot het uiten van kritiek dan welke stemmer dan ook.

Frappant gegeven is daarbij dat bij elke stemronde de stemmer, die eerst met zijn stem bepaald dat de persoon aan wie hij zijn verantwoordelijkheid overdroeg het beter weet dan hijzelf, gaat beoordelen of deze het wel naar behoren heeft gedaan terwijl hij met zijn stem daarvoor reeds had aangegeven daar niet geschikt en bekwaam voor te wezen.

Zo is democratie de meest absurde en vreselijke staatsvorm, ooit bedacht en ontwikkeld door mismaakte geesten en uiteindelijk in de grond van haar definitie hier op neer komt dat, indien 51% vindt, dat de overige 49% moet worden onthoofd, dit dan ook moet gaan gebeuren en zo hollen wij rusteloos voort niet wetende waar de meerderheidsmassa naartoe holt, verduisterd door een dik wolkendek van gekunstelde armoedige gelijkheid, onnatuurlijke gelijkheid, want gelijkheid is het meest onnatuurlijke; alleen de techniek schept gelijkheid, ja, is daar zelfs op gebaseerd!

Tot in detail gelijk zoals de zuigerslag van de motor, miljoenen dezelfde sigaretten, het moderne gelijkheidsdenken lijkt onaantastbaar: "Alle mensen zijn gelijk", buldert de moderne techniekmens, maar niet is minder waar.

En dan is daar de vorst, al is het vorst van mindere betekenis dan weleer. Door de ijle technieklucht is hij daar, het voorname, dat andere, een naglans van het eens zo schitterende ongelijke van weleer; koning, koningin, graven en baronnen, vroeger met een hoofdletter geschreven en waar je Gij, of tenminste "U" tegen zei; distantie, ongelijkheid waar zelfs de meest rechtgeaarde en oprechte democraat een zwak voor heeft gezien de belangstelling voor het schaakspel.

Als er toch ergens de ongelijkheid hoogtij viert, is dat wel op de vierenzestig velden met zijn paarden, lopers, torens en pionnen, zijn dame en koning; in hart en nieren is uiteindelijk niemand democraat.

Vandaar vandaag de Oranjepracht, een prinsenpion die promoveert tot koning, een koningin aan zijn zij, omgeven door pracht en praal waaraan het oog zich verlustigd zoals het ziet naar glooiende bergen, handklappende rivieren en juichende bloemen.

Gelukkig het land dat nog vorsten kent en ik moet er toch niet aan denken dat Nederland zich verlaagt tot het hebben van een democratisch gekozen president.

Zo, en nu een Oranjebitter.

Aldus schreef ome Willem.