Het was trouwens wel koud, vanmorgen, rond het vriespunt en boven mij een open hemel: Hercules, de Ossenhoeder en de Jachthonden draaiden rond de Ursus Major en in het westen een dalende halve maan en: nog steeds geen kikkergebrul uit de sloot.
Halverwege de middag stak ik bij Frankfurt de Oder over, ik was weer onderweg naar het oosten, reed het land van Warthe en Wisla binnen en toen ik na enkele kilometers de snelweg afging, genoot ik weer van de eindeloze, weinig bevolkte, wegen, soms volgezet met uitbundige tankstations, het ene nog moderner dan de andere terwijl daartussendoor nog veelvuldig oude bouw in gebruik is, menigmaal volgekalkt met reclameleuzen: grill, bar, sklep en dergelijke, en dan weer een stuk ouderwetse koeriersweg waar je met weinig verbeelding de tarentass met paard nog voorbij ziet snellen.
Langs Swiebodzin, en daarna even door het smalle moeras dat de afscheiding vormt tussen de twee Poolse graafschappen Lubuskie en Wielsko Polska (groot Polen) en niet erg veel later kwam ik uit, net een 50 kilometer, voor Poznan waar ik morgen begin met lossen. Wel heel wat anders dan de afgelopen weken en ik moest er erg aan wennen, dat, hoewel het meer dan twintig graden was de bermen bevolkt zijn met nog immer kale bomen. Alleen de uitgestrekte akkers zijn, als ze niet zwart zijn, donkergroen.
Renate Rubinstein was de jongste, vluchtte weg uit Duitsland waardoor ze bleef leven en terwijl haar vader in Auszwitz werd vermoord, overleed zij halverwege de jaren negentig aan de gevolgen van multiple sclerose. Marlene Dietrich was een stuk ouder, de oudste van de drie, vertrok in 1930 naar Amerika en haatte Hitlers benden. Leni Liefenstahl werd ruim honderd en regisseerde films in opdracht van Nazipropagandist Josef Göbbels, de bekendste "Triumf des Willens"
Drie vrouwen, alle drie geboren in het vooroorlogse Berlijn.
Aldus schreef ome Willem.
---