Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

maandag 29 oktober 2012

Tussen 26 en 30.

Het was maar een korte periode dat er ook op vrijdag eentje ging, naast die ene die eigenlijk met grote regelmaat op dinsdag vertrok, de één op die vrijdag, 26 oktober, de ander dus op de dinsdag, de dertigste, en in de eerste trein zat Etty.

Zelf rij ik tussen de twee treinen door, het is een ridicuul gevoel als je het beseft, ook al schrijf ik over 69 jaar geleden, de tijd heelt vele wonden, maar nooit alle, en zeker niet die nooit helende wond waarmee de Europese volkeren zichzelf hebben besmet; erg vroeg vertrok ik, pal oostwaarts dus, door de donkere Euronacht.

Vanuit Westerbork reden de treinen via Assen naar Nieuweschans met Nederlands NS-personeel en vanaf de grens kwam er een Duitse stoomloc voor. Transavia-piloot Julio Poch werd door Nederland aan Argentinië uitgeleverd, louter op verdenking van het vliegen van dodenvluchten tijdens het Fidela-regime. Geen enkele Nederlandse treinmachinist die zo'n helletrein reed heeft zich behoeven te verantwoorden voor de rechter, laat staan dat er eentje werd veroordeeld.

Hoewel fris, een uitermate heldere zon bekleede de velden met kleurenglans, niet gehinderd door enige nevel en zo denderde ik verder, sjorde het gevaarte bij Porta Westfalica de enige noemenswaardige helling op, en rolde, rolde maar door: Hannover, Braunschweig dat als Nederlandse naam Brunswijk heeft en waar Willy Lages, één van de "Vier van Breda", werd geboren en bij Helmstedt de oude oostgrens over waarna na wat beperkte glooingen een korte afdaling naar Magdeburg, geboortestad van de renaissancecomponist Telemann, en daarna een onafzienbare vlakte waarin op zeker moment links van mij Berlijn moest liggen, langs de plek waar de grimmige uitkijk- en wachttoren stond waarmee iedereen in de gaten werd gehouden, zij die naar links, richting Prenzlau reden en zij die de weg naar "Der Hauptstadt der DDR" insloegen.

De treinen deden er doorgaans drie dagen en twee nachten over, stonden kortere of langere tijd te wachten op de stations van Bremen, Hanover en Breslau waar ze geen drinken of voedsel kregen en je verbaasd je erover dat er nog zoveel levend de eindbestemming haalden.
Ook Etty, Etty Hillesum zou rond één november aankomen, vandaag, precies 69 jaar geleden. Lang heeft zie daarna niet geleefd, precies weet men het niet, ze stierf in ieder geval rond eind november als zoveelste slachtoffer in Auswitsch.

Rond de middag reed ik de brug van de Oder over, vroeger nog steeds het oude Duitsland. Links keek ik in de richting van het land de Kasjoeben, rechts het toenmalige Silezië en tussen deze twee streken hield ik richting Poznań, het voormalige Posen (of Poyzn in het Yiddisch) aan dat overigens maar een zeer korte tijd onder Duitsland viel.

Vanaf de grens reed ik weg 95 over Świebodzin en liet de nu spikslinternieuwe saaie snelweg links van me liggen: ik had vandaag immers al snelweg genoeg gehapt: de weg over Świebodsin is nu rustiger dan ooit en daarnaast ook een lust voor het oog om te rijden

Naast oude, slecht onderhouden en soms verlaten gribusgebouwen, moderne bebouwing, diverse soorten van uitbating: pompstations, chauffeursparkeerplaatsen, pallethandelaren, geldwisselaars en winkeltjes en daartussen hele lange stukken door oneindigogende bossen en langs nog meer oneindig lijkende landbouwakkers, nog steeds badend in dalende zonneschijn.

Plotseling echter, voor mij, wit en onverwachts reed ik een fascinerend landschap binnen waar de nevel en mist de dienst uit maakten terwijl het donker worden sneller ging dan verwacht. Tot Nowy Tomyśl ging het nog, maar daarna reed ik nagenoeg op de tast, tot een veertig kilometer voor Poznań waar de rem er op ging.

Eén dag onderweg, genoten van de reis en van de omgeving en ook veel gezien, benevens wat inheems gegeten. Etty Hillesum genoot niet, zag nauwelijks iets en kreeg niets te eten en was toen bijna drie dagen onderweg, vermoedelijk ook nog eens getergd door de koude.

Nog steeds raak ik in verlegenheid.
Zo verliepen de twee treinreizen, twee keer om en de nabij 850 mensen en daartussen reis ik, alleen in en op een andere tijd, maar maakt dat wat uit?

Aldus schreef ome Willem.



---