Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

woensdag 12 september 2012

Nóg niet.

Verona was ik al voorbij toen in het oosten de zon zich roodgesluierd door de wolken trachtte te prangen, tevergeefs, in de spiegels zag ik de zwartgrijze regenwolken vanaf de hoge Alpen de Po-vlakte binnendrijven; ik bleef ze nog net voor en uiteindelijk klom de koperen bol hoog genoeg om vanachter het wolkendek uit te komen; ik was toen reeds halverwege Mantova en Parma. Vanuit de wijdse akkers hielden een paar reigers het voor gezien, toen ik langs reed wiekten ze op, stegen hoog de lucht in om, vermoedelijk, zich te laten afglijden naar Afrika om daar de winter door te brengen.

Vandaag verkiezingen in eigen land, een dag dat ik onwillekeurig moet denken aan de verhalen van Carlo Lorenzini, er werd en wordt immers veel gejokt, gesust, overdreven en gemanupaleerd. "Gaat u maar rustig slapen" schijnt Minister-President Colijn voor de radio te hebben gesproken op de avond van de negende mei 1940 terwijl enkele uren later de Duitse inval plaats vond.

Parma, even daarbuiten, de klant was er ook hier spoedig uit waarna ik verder reed en terwijl achter mij de regenwolken langzaam maar zeker de hele vlakte bedekten reed ik zelf bij Fornovo nog met prachtig zonnig weer de Ligurische Alpen in, de oude weg naar La Spezia die kronkelend meteen naar de toppen voert en waarmee men zich een adembenemend uitzicht verwerft over de achterliggende vlakte. Het begon te waaien, hard, en op de toppen aangekomen zag ik dat vóór mij zich eveneens buien ontwikkelden. Over de bergkammen kropen inktzwarte duitsterkoppen, alsof ze mij moesten hebben: ik was omsingeld door de regendemonen maar tot Ponttremolli, waar ik toch maar even de snelweg op dook, bleef het droog, maar daarna braken de wolken, een enorme slagregen, de heuvels van de Ciqueterra en de marmerbergen van Carrara waren daardoor in nevels gehuld, niet lang, want bij Massa werd het alweer een stuk beter, dreven nog slechts flarden langs en toen ik ter hoogte van Pisa langs het dal van de Arno snorde brak de zon alweer wat door.

Aandachtig blikte ik het Arnodal in, want dáár, even voorbij Lucca, werd hij geboren, Carlo lorenzini, schreef zijn verhalen, de verhalen van dat ventje, dat ventje gemaakt van kersenhout dat vervolgens de wereld veroverde: Pinocchio, en er is zelfs in Collodi (bij Lucca) een pinocchiopark. Carlo lorenzini schreef zijn verhalen onder de pseudoniem Carlo Collodi rond 1890. Wat is het toch dat ik bij verkiezingen steeds aan dat ventje moet denken.
Wie de recente geschiedenis kent herinnert het zich ongetwijfeld; het vallen van de muur en het optrekken van het gordijn had niemand voorzien: enkele weken voor de dubieuze terechtstelling van Chauchesku waren westerse regeringsleiders nog bij hem op bezoek: zouden ze het echt niet geweten hebben? Hoe zouden ze er uitgezien hebben als ze de neus van Pinocchio hadden?

De laatste klant is nog ver, ver weg; Italië is lang, erg lang; ik reed via Livorno verder, hield pauze in Vada, verpoosde een wijle op het strand waar ik afgelopen zomer was en droeve blijdschap overviel mij: de eigenaardige ervaring, lege, verlaten stranden en de strandtent die mij enkele maanden geleden nog een poot trachtte uit te draaien bleek gesloten: "eindelijk gerechtigheid", mompelde ik nog. Mijn ogen blikten over de watervlakte en in gedachten zag ik aan de overzijde, in Spanje, mijn collega Jan (met een rode zwemboek an) staan: ik schreeuwde hem even toe, maar wist dat zelfs mijn stem te kort zou schieten, temeer daar de wind landinwaarts stond.

Daarna ging het weer verder, goedmoeds, onder een halfbewolkte lucht, passeerde Grosseto en ik overdacht wat ik daar bij de zee zo voelde, droeve blijdschap, is dat niet zoiets als heimwee? Met constante snelheid rolde ik voort, tot net voor het schiereiland wat lange tijd als koninklijk vakantieeiland heeft gediend, Monte Argentario met Porto Ércole en Orbetello, daar, in Albina, bleef ik staan voor de nacht.

Voor de argeloze burger komen ingrijpende omwentelingen totaal onverwachts en een onverwachtse omwenteling is aanstaande: nagenoeg al het Europese vermogen is immers verdampt, gesmolten, verdwenen, daar doet een nieuwe Eurodruk niets aan af, integendeel juist! De verkiezingen achter de rug en de omwenteling voor de deur: het zal een schok, een reuzeschok teweeg brengen die nog lang zal nagalmen.

Maar zover is het nog niet. Nóg niet.

Aldus schreef ome Willem.

---