Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

woensdag 25 april 2012

Het windhart

Een harde wind waait over het Franse land en drijft de koude naar elders, er zit verandering in de voortgedreven lucht.

Vanmorgen stond ik niet ver van waar ik nu sta, op de weg Auxerre-Beaune, de oude N 6, en een dag van noest rondrijden maakt het verschil, eerst vanmorgen vroeg reed ik in het duister langs de plek waar ik nu sta, op boogschutsafstand van Chalon sur Saône, ik kan de lichten vanhier zien.

Ik bleef de weg volgen, Tournus, de Saône over en via Cuisery snorde ik door de Bresse naar Bourg: de steek Bresse waar ik door reed is bezaait met talloze meertjes en staat bekend om zijn speciale kippen, Poulet de Bresse. Even nam ik dan een stukje snelweg, om er na twee afslagen weer snel af te gaan en reed heel ouderwets de Alpen in, of nee, eigenlijk behoren de bergen nog tot de Jura. Je ziet ze al vanaf Lyon, vanaf Macon, vanaf Bourg, en zo reed ik langs de Ain de bergen in, eerst nog vlak, de loop van de rivier volgend, en toen omhoog, de Cerdon op vanwaar je een adembenemend uitzicht hebt over het immense Rhônedal; kilometers ver was het uitzicht.

Langs een prachtig meer, Nantua, en niet lang daarna het imposante Bellegarde, een brug over, in de diepte de koninklijke Rhône, reeds eeuwenlang, ver voor het stadje, daar stromend.

Omhoog ging het weer, en weer de diepte in, Fragny, en wéér omhoog, afdalen, Rumilly, toen nog een paar kilometers, Alby sur Chéran waar de graafmachines er uit werden gereden.

Vervolgens weer terug, genietend van de vergezichten, witgepimpte bergtoppen, de bebloemde weiden, betuinde heuvels, een zwarte kraai scheerde regelmatig laag de weg over, hier en daar een loerende buizerd, stilzittend op een paal tussen het prikkeldraad. Van vroeger ken ik het nog, de fransklinkende echo's tussen de bergen, toen, toen het hier o zo stil was, gevrijwaard van snelwegen, toen de aanstaande vooruitgang nog in de lucht zat, ik krijg kippenvel als ik er aan terug denk, herinner mij dat ik hier rond '70 met een tweetakt DKW-tje (Stond dat niet voor Daar Komt Willem?) door de verleden tijd reed, ja, het lijkt of juist dié echo hier nog steeds is blijven hangen.

Rond de middag stopte ik even in een naamloos dorpje en snoof een weldadige geur van seringen op, de zon brak langzaam door, opeens begon het waaien.

Stormen zelfs, ik vreesde bijna om te slaan toen ik van Châtillon la Palud naar Châtillon sur Chalaronne reisde, maar ik ging onverstoorbaar verder, de brug bij Belleville over en niet lang daarna stond ik te laden in La Maison Blanc, het bleef maar waaien.

19 palleten, en toen ging ik weer, Macon, Tournus, en niet lang daarna kwam ik aan waar ik nu sta, de wind neemt iets af en heeft inmiddels de kou verdreven, buiten voelt het bijna warm aan.
Die geheimzinnige wind, waarvan niemand weet vanwaar zij komt en nog minder weet naar waar zij toe op weg is, maar ditmaal heeft de wind wel een warm hart.

Aldus schreef ome Willem.
---