Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

dinsdag 17 januari 2012

Donker.

Boven mij de noorderkroon en de ossenhoeder, vanmorgen vroeg, toen ik in alle stilte en koude ijzigheid naar mijn DAFje snelde, het laatste stukje weer links af met zicht op de zuidwestelijke hemel waar ik zag hoe mars langs regilus in de leeuw scheerde en daar achteraan de maan en, vlak bij spica, saturnus, die zich maar moeizaam naar de horizon begaven, de horizon die ze nooit meer konden halen want voor die tijd werden ze verzwolgen door het opkomende morgenlicht, licht dat sterrenlicht verbleekt.

De geringe geluiden, uitsluitend door mij veroorzaakt, hadden door de vrieskoude een schelle klank omdat koude lucht minder water bevat, mijn vingers waren, ondanks de oranjerode Unox-wanten, stijf van de kou en zo kwam ik aan bij het voertuig dat er nog net zo bij stond als vrijdag, toen ik hem daar verweest achter liet.

Vrijdag nog, vertrok ik, ook al vanuit het donker uit Lure waarna vlak voor de afdaling naar Remiremont, in Demoiseles, koffie met een pain chocolat werd genuttigd en daarna weer verder, Nancy, Metz en tot slot vanwege een opstopping op de grote weg over de oude grens Evrange Luxemburg in gereden en daarna, na een paar uur, was ik alweer snel thuis, vanmorgen vroeg ging ik weer, eerst op weg naar Amsterdam, lossen, laden, garage en dan in de middag weer op weg, eerst naar onze oosterburen waar ik, alweer, in het donker aan kwam en nu boven mij de stier en tweeling, die wel de einder halen voordat ze in het licht worden opgenomen.

Merkwaardig: in het duistere donker staan lichten en hoe meer het duister toeneemt, hoe helderder de lichten, maar als het duister door het daglicht wordt verdaagd, zijn zelfs de helderste lichten niet meer te zien.

Het duister, te donker voor een oorsprong, komt uit geen enkele bron.

Aldus schreef ome Willem.
---