Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

vrijdag 21 oktober 2011

De kazachstanje.

Wel erg merkwaardig om midden in het oude centrum van Bamberg te ontwaken, terwijl de eerste Bamse jeugd onder druk gekakel naar school loopt. Op het laadadres zelf werd ik uiterst vriendelijk met egards en koffie ontvangen. Niet lang daarna reed ik de smalle straat weer uit, op weg naar nog twee andere Bambergse adressen.

Op het laatste adres kreeg ik er 10 pallets in die werden geladen door een gebrekkig duits sprekende meneer. Zo goed al kwaad kwam ik met hem in gesprek en in een paar minuten borrelde met betrekking tot hem een oude, merkwaardige geschiedenis op.

Na Bamberg nog even langs het stadje Weikersheim, gelegen vijftig kilometers recht onder Würzburg, ver verwijderd van drukke snelwegen, en vandaar reed ik terug, over Tauberbischofsheim en Wertheim naar de snelweg. Oh, ja, even, even maar, dacht ik op de Bahama's te zijn beland toen ik het dorpje Nassau op mijn weg tegenkwam.

(Voor de wat minder topografisch begaafden: Nassau is de hoofdstad van die eilandengroep)

Onderweg overdacht ik de vreemde levensloop van die loodsmedewerker uit Bamberg. Hij bleek uit Kazachstan te komen, en op de vraag, hoe hij dan hier terecht kwam, vertelde hij mij dat zijn ouders van oorsprong duitsers waren. Zijn ouders woonden voor de oorlog in de Oekraïne waar hele dorpen en stadjes destijds volledig duits waren. Maar Stalin was dermate argwanend dat hij bevreesde dat nu net die duitsers wel eens mee zouden kunnen gaan doen met die toenmalige vervelende -andere- snorremans ( Stalin zelf had ook een snor, niet zo'n kleintje, maar een enorme joekel) en daarom werden ze bij miljoenen weggevoerd naar het oosten en zijn ouders kwamen in Alma Ata terecht. En deze achtergrond maakte het mogelijk dat hij zonder belemmering in Duitsland kon gaan werken. En zo ontrolde zich in een paar woorden en minuten enkele decennia fascinerende geschiedenis.

De rest van de reis was niet erg spannend meer, via Frankfurt en Keulen over de drie, een weg die ik al zoveel keer ging. De afdaling voor Asschaffenburg waar ik vroeger met 120 naar beneden zeilde, maar waar je nu slechts 60 mag. Langs Weiskirchen, wat ooit, samen met "Limburg", een Nederlandse onderwegoase voor truckers was en zo, hop, naar Nederland, nog niet naar huis, maar eerst naar Brabant waar ik morgen de handel er weer uit ga halen.

En hier, in Brabant, vraag ik me op het nachtelijke uur af: hoe heet een inwoner van Kazachstan? Een Kazachiaan? Kazacher? Kazachnees? Kazacheling? Kazachtijn?

Laten we het maar op een Kazachstanje houden.

T' was immers een boom van een kerel.
---