Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

dinsdag 18 oktober 2011

De denkfout.

Iemand schreef mij vandaag de denkfout:

"Het is inderdaad zonde als iets schoon staat te zijn terwijl niemand het ziet. Daarentegen was jij het die me deed inzien dat schoonheid nutteloos is... dus ik kan er ook weer niet héél erg mee zitten.", aldus de schrijver.
Al vroeg begonnen ze, daar in Kemnat en reeds voor achten snorde ik daar alweer weg. Op weg naar een meditatiecentrum te Wiggersbach, opzij van Kemten, in een wondermooie streek, met vele soorten groen en nog hele kudden braafgrazende bruine koeien, waar ik thee bracht, diverse kruidenthee's, want mediteren schijn je met veel thee te doen.

De denkfout zit hem hier in, dat schoonheid weliswaar nutteloos is, maar zeker niet zinloos.

Na Wiggersbach toog ik op naar de Bodensee, via Isny, Ravensburg, de stad waar de puzzels worden gemaakt, maar Meersburg. Vervolgens nog even door, via Singen naar de Zwitserse grens, de overgang bij Götmardingen.

Tussen nutteloos en zinloos ligt een wereld van verschil. De nuttigheid der dingen en handelingen wordt immers altijd afgemeten naar de menselijke maat. Wat vroeger als nuttig werd beschouwd, wordt thans als nutteloos beschouwd, en andersom. Nuttigheid is dan ook altijd maar tijdelijk van karakter.

De grens werd zonder noemenswaardige problemen gepasseerd, maar net na de grens werd ik staande gehouden door Zwitserse agenten die ruim een uur (!!) lang alle documenten controleerden, en toen alles volgens hun in orde was, kon ik weer verder. Maar toch, een uur controle, het moet toch niet gekker worden.

Maar als de moraal, zoals in onze maatschappij, een nuttigheidsmoraal wordt, verliest het alle waardigheid en schoonheid. Bij een nuttigheidsmoraal is het boze dan het gevaarlijke en het goede het ongevaarlijk. En zo gaat uiteindelijk het woord nuttig in de zin van goed ook dom betekenen. Het domme, immers, is ongevaarlijk voor het nuttige.
Uiteindelijk is nuttigheid zinloos.

Na de controle kwam ik rond zessen aan bij de eerste klant in Zürich waar je tot vier uur kunt lossen, maar kreeg het toch voor elkaar dat ze het aanpakten en later, na zeven uur, kreeg ik er nog eentje in Lachen uit.

Daarna reed ik een klein stukje terug, langs de Zürichersee, waar ik een gasthaus wist met een uiterst goede kok. En al was het al een paar jaar geleden dat ik er was, het geserveerde hert was buitengewoon en ook deze keer was ik weer tevreden over de keukenmeester.

Schoonheid is daarom niet nuttig, niet dom, maar vol van zin, zo ongeveer de enige zin van het bestaan.
Schoonheid kan, gelukkig, ook nooit afgemeten worden naar de menselijke maat.

Schoonheid was, is, en zal er altijd zijn.

Schoonheid als zinvolste zin.

Schoonheid heeft eeuwigheidswaarde.

Aldus schreef ome Willem.

---