Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

vrijdag 20 mei 2011

Parijs.

Parijs is een prachtige stad, tenminste, dat vinden veel mensen. Natuurlijk, ook ik vind Parijs erg mooi, daar niet van, en wie naar Parijs afreist merkt dat ook. Iedereen, of hij nu op doorreis is of niet, blijft er een tijdje stilstaan, soms meerdere keren en dat heeft tot gevolg dat een doorreis door Parijs nogal wat tijd in beslag neemt en om dat tijdverlies te ontlopen vertoon ik doorgaans Parijsvermijdend gedrag door er met een boog omheen te knorren en als gerenommeerd asfalteter ben ik aardig op de hoogte van menig alternatief.

Gisteren al nam ik de onweerswolken al waar, oprukkend vanuit het zuidwesten, een zogenaamde Bordeaux-depressie, en in de verte zag ik reeds het weerlichten en vandaag werd het wolkendek almaar dikker en dikker. De zon liet zich nauwelijks zien, maar regen bleef uit, helaas, dus bleef ik zitten met een ruit vol dode insekten.

Rond half negen vervolgde ik de reis. Eerst maar naar La Chapelle d'Angilion vanwaar ik via Gien naar Montargis oprukte. Vandaar naar Fontaineblau en Melun naar Meaux, het stadje waar ik ooit ene Joop Zoetemelk op het marktplein tegenkwam terwijl niet hij, maar ik op een fiets zat.

Via Meaux naar Soissons, Laon en zo verder waardoor ik de Parijse drukte ontliep. Inmiddels ben ik in een andere hoofdstad, Brussel, dus nog even en we zijn weer thuis. Dan zal deze Tour de France voor mij afgelopen zijn, een ronde waarbij ik zowat elke Franse rivier ben overgestoken: de Tarn, de Dordogne, de Lot, de Allier, de Loire, , de Girone, de Ardeche en anderen en alleen de Saone en Rhône met hun oostelijke toestromen ontbreken, maar ja, je kunt niet alles hebben in vier dagen maar waarom al die lui nu zo nodig Parijs willen zien en niet die talrijke mooie rivieren die dit land rijk is, gaat mijn verstand te boven.

Een vergelijkbaar duister fenomeen doet zich voor op de snelwegen, want die wegen worden vereerd met menig bezoek: iedereen raast daar naar hartelust overheen terwijl het land zo rijk is aan stille, mooie, echt mooie, andere wegen.

En ach, we moeten dat maar houden zo. Anders wordt het op die wegen ook zo druk.

Aldus schreef ome Willem.




---