Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

woensdag 26 januari 2011

Guur.

Al vroeg was ik wakker, mede doordat al om vijf uur een sneeuwschuiver het terrein om mij heen sneeuwvrij aan het schuiven was en dat ging met de nodige herrie gepaard waardoor ik werd gewekt.

Om zes uur kwamen de eerste werknemers opdagen en een half uurtje later, na de eerste koffie, begon men met lossen waardoor ik reeds om zeven uur de reis voortzette.

Er viel nog steeds sneeuw en de dag was nog in duisternis gehuld terwijl het licht van de duizenden tegenliggers alles deed glimmen, dus goed uitkijken dan.

De volgende client zat aan de zwitserse grens, in Bad Sackingen en zo reed ik door voortdurende sneeuwval via Tübingen en Balingen naar Rottweil, toen even de snelweg op, maar snel er weer af en vervolgens naar Blumberg. De sneeuwbuien hadden inmiddels plaats gemaakt voor een bleek zonnetje, afgewisseld met licht tot zwaar bewolkt.
Vanaf Blumberg een klein uurtje doorgereisd langs de grens en de Rijn en rond elf uur was ook dat klantje weer blij, waarna ik er nog ééntje over had, maar daarvoor moest ik een stuk terug, naar Waldshut waar ik aan de grens eerst de douane afhandelde en toen Zwitserland in.

Ruim een uurtje later was ik bij de laatste klant, gelegen aan het schitterende Zürichersee in het plaatsje (zoals ik vrijdag reeds meedeelde) Lachen en nog voor vieren was ik van de handel af.

Vervolgens even links en rechts genoten van wat zwitserse snuisterijen, maar na een uurtje reed ik vast een stuk op naar het eerste teruglaad-adres dat zich onder de rook van Mulhousse bevind, aan de Franse kant vlak aan de Rijn en dicht bij de autobaangrens waar zich een matig eethuisje bevind en vanwege die matigheid ga ik er maar niet naar toe.

Mijn auto heb ik neergezet op een onverharde strook, waar nog enkele wegreuzen staan, tussen de weg en de nevengelegen spoorlijn. Neonlampen verlichten de lange, brede en stille straat, rechts van mij moet de Rijn zijn en links ontwaar ik een doorgaande weg waar zo nu en dan een voertuig over snort. Nog verder weg zie ik met grote regelmaat een vliegtuig naar beneden komen die natuurlijk gaat landen op de Frans-Zwitserse luchthaven tussen Basel en Mulhousse en deze laatste stad laat een ferme lichtafdruk op de gure wolkenhemel achter die ik vanhier goed kan zien.

Verder is er niets. Geen wind, geen sterren en geen maan terwijl er ook nergens meer sneeuwresten over zijn.

Terwijl het koud en guur is loop ik een stuk over de lange, eentonige weg, en vanwege de onaantrekkelijkheid keer is snel weer terug. Niet ver van hier ken ik twee wijnboeren en bovendien is de stad waarvan ik de lichtafdruk zie ook aardig om te toeven, maar dat doen we een andere keer maar weer. Eerst moet het maar eens wat langer licht worden en het gure ingewisseld voor het aangename.

In deze wintertijd geniet ik maar van de gure troosteloosheid van de omgeving. Ook dat is een gekend onderdeel van ons (beroeps)bestaan en je ervaart zo tenslotte dat niet alleen het gekende, maar ook het kennen zelf iets veranderlijks is.

Aldus schreef ome Willem.
---