Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

vrijdag 1 oktober 2010

Vrijdag de eerste.

Het is magertjes bezet vandaag, maar het blijft hier gezellig, zo,n Luxemburgse eettent waar ik net mijn eten bestelde bij een ober in chique zwart overhemd met bijpassende pantelon, op het hoofd wat inhammen aan de zijkanten van de haarlijn en verder ziet hij er uit alsof hij na diensttijd gezellig een borreltje gaat drinken.

Het is vrijdagavond en ik heb het niet gered thuis te komen, maar wel gered om in het kleinste en mooiste Beneluxland te arriveren. Morgen is het nog maar vier uurtjes naar huis en dan zit het er voor mij ook weer op.

De herfst gaat echt aanvangen in Europa, dat kon ik vanmorgen wel merken. natte sneeuwvlokjes toen ik wegreed en verder een ferme regen tot voorbij de Arlberg en toen ik onder deze berg uitkwam bescheen de dageraad de eerste bruingeworden boombladeren. Ook langs de Bodensee ontwaarde ik de eerste herfskleuren en hoe westelijker en noordelijker ik kwam, hoe bruiner en roder de kleuren. Op sommige plekken lagen onder grote kroonbomen al hele pakken bladeren in een kring op de grond en ook de eerste gemeentewerkers met oordempers en gehuld in oranje veiligheidshesjes met oorverdovende bladblazers werden door mij gesignaleerd. Natuurlijk in Frankrijk waar de gemotoriseerde bladblazerij tot cultus is verheven en vermoedelijk is dat in de plaats gekomen van jagen, een sport die in het verleden door bijna elke fransoos werd uitgeoefend, zowel op de weg als in het bos.
Maar ja, dat jagen, dat mag, voornamelijk wegens dierentekort en snelheidscontrole's, bijna niet meer.

In de avond werd aan de oever van de moezel tussen Remich en Grevenmacher aan beide zijden nog driftig druiven geplukt, zei het aan de overkant voor de duitse wijn en aan deze kant voor luxemburgse wijn en zowaar gebeurde dat hier nog allemaal met de hand. Alleen aan de oever van de Bodensee zag ik nog een vervaarlijk plukmonster te keer gaan.
Inmiddels in, na een zonnige namiddag, de zon onder gegaan. De kelner buigt zich over mijn tafel om mijn vrijdagavondeten, verdeeld over vier schalen, neer te zetten en het hoofdgerecht, dat op een witstenen bord ligt, zet hij op de papieren onderzetter waarvan ik zojuist de daaropstaande advertenties heb doorgelezen en wenst mij vervolgens een smakelijk eten en verdwijnt weer door de klapdeuren naar de keuken.

De inhoud van de maaltijd verdwijnt ook en straks zal deze maaltijd met mij de stuurhut ingaan voor een hazenslaapje waarna morgen om vijf uur na een sterke koffie de laatste kilometers zullen worden afgelegd. Deze week ruim vierduizend.

Aldus schreef ome Willem.

---