Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

maandag 4 oktober 2010

De drie.

1973.
De weg was vierbaans en er gold een inhaalverbod voor vrachtverkeer, toen al. Bovendien was de snelweg over een traject van meer dan 50 kilometer ingebed in een soort talud en daar overheen waren talloze bruggen, vooral ook spoorbruggen gebouwd, vermoedelijk nog van voor de oorlog: bombastisch, zwaar en van steen. Na Keulen werd het wat breder en na 50 kilometer kwam je langs een enorme doodskop met daaronder "Lebensgefahr" geschreven omdat de weg daar door het Fehrntal kwam waarvan tijdens de ooorlog één deel was weggebombadeerd en van weerskanten de helling erg stijl naar beneden liep. Weliswaar was in 1973 het andere deel al wel weer herbouwd, maar het bord bleef er tot ver in de jaren negentig staan.

Daarna volgde dan, vlak voor Limburg, de afdaling van de Katzberg en daar stonden borden van veertig kilometer per uur voor vrachtverkeer.
Drie van de vier vrachtvoertuigen hadden blauwe kentekens, nederlands, en je kon zo ongeveer alle bedrijven die je langs zag snorren en daarvan ook nog veel collega's, de meesten reden tot aan Frankfurt, anderen richting München en nog een deel reed verder naar Oostenrijk en Italië. De Europese Unie bestond toen nog uit zes landen, Frankrijk, Italië, Duitsland en de Benelux-landen. Al gauw, rond 1975, kwamen Denemarken, Engeland en Ierland er bij en je dacht toen dat dat altijd zo zou blijven.

En aan weerskanten van de weg bomen, vooral veel bomen.

Want vandaag kwam ik daar weer, nadat ik in Amsterdam had gelost en geladen en daarna in Rotterdam nog meer handel had opgehaald. Dat had nog wel een probleem omdat de lading in Amsterdam een lading van circa vier ton bedroeg en ik in Rotterdam elf ton op de laatste drie meters zou moeten laden hetgeen funest is voor de wegligging. Immers door het zware gewicht helemaal achterop wordt het voertuig eigenlijk onbestuurbaar, dus haalde ik er in Rotterdam een aantal paletten uit, liet de elf ton er in zetten en vervolgens de rest er weer terug in.

Daarna richting Duitsland, en op zeker moment kwam ik, via de grensovergang Gogh, langs Neuss en Keulen Noord weer eens na op snelweg drie, van Keulen naar Frankfurt, een snelweg waar ik vanaf 1973 zeker één keer per jaar over ben gekomen, en soms wel meerdere keren per week.
Na Frankfurt de snelweg verlaten en via een schitterende bosweg in het duister over Lohr naar Karlstad gegaan waar ik nu ga slapen.

In de loop de tijden is er veel veranderd, want nadat er allemaal andere West-Europese landen tot "Europa" toetraden, kwam op zeker moment de tijd dat ook het "oosten" mee ging doen en nu zie ik op het stuk weg waar ik nu rijd nog nauwelijks meer een geel kenteken, maar wel Tsjechische, Poolse en andere witte platen.

De weg van Oberhaussen naar Keulen ligt niet meer in een talud, de bruggen zijn vervangen en het traject werd zes en acht-baans, de doodskop is verdwenen en bij Limburg mag je nu zestig in plaats van veertig en Langs het traject werd een hoge snelheidslijn aangelegd.

Maar wat gebleven is, zijn de bomen die mij elk jaar ten minste één keen hebben voorbij zien snorren. De ene keer in lente groen, de andere keer diepgroen in de zomer, of anders met mooie bruine herfstkleuren, steeds loerden de bomen mij aan, in de winter met sneeuw op de takken, maar soms ook, getergd door venijnige vrieskou, geheel arm en naakt, zonder zelfs nog maar een vijgenblad.


Aldus schreef ome Willem
---