Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

donderdag 15 april 2010

Biancheggia in mar lo scolio!

Bijna iedereen denkt dat het Reggio is, Reggio di Calabria, maar dat is niet zo want sinds 1970 is Catanzaro de hoofdstad van de regio Calabria en tevens is het de stad waar mijn laatste losadres was deze week, Catenzaro dat, zo schrijft de ene lezing, vernoemd werd naar de twee Byzantijnse generaals Zaro en Cattaro, of, zoals anderen menen, komt van het griekse Katartarioi wat, overgezet zijnde, "spinners van zijde" betekend want de stad is bekend van de zijde-industrie en van de Nobelprijswinnaar Renato Dulbecco, Catenzaro, door de Saracenen Quatansar genoemd en het waren diezelfde Saracenen die omstreeks 1050 de prachtige bergstad Lauria gesticht hebben waar ik vanmorgen langs kwam en dat nog net in Basilicata ligt. Even buiten Lauria kom je langs de ruxefnes van het in ca 1800 door de fransen verwoestte Castello di Ruggiero. Daarna reed ik Calabria binnen en 80 kilometer na Cosenza sloeg ik de richting in van Catanzaro over een weg door met olijfbomen begroeide heuvels terwijl er ook menig sinaasappelgaard er tussen te zien was.
In Catanzaro aangekomen Bleek het losadres achter een veel te smalle straat te liggen terwijl in de straat die ik door moest om het losadres te bereiken net een markt was. Onder begeleiding van politie, die ik als dank daarvoor een paar klompen gaf, werd ik naar het losadres geloodst waarvoor twee marktkramen even moesten worden afgebroken. Inmiddels kwam na de hele morgen onder een bewolkte hemel te hebben gereden de zon door, ik reed bij de klant weg en na enkele kilometers reed ik langs de kust en weer een paar kilometer verder kon ik parkeren. Kijkend over de zee kon ik Libië door de nevel niet zien, maar hier dus eindigd Europa! Ik toog naar het strand en voelde het eerste, nog frisse Middellandse zeewater dit jaar, of eigenlijk, de Ionische zee welke enigszins opgezweept door de wind onstuimig was wat mij deed denken aan de aria gezongen door Constanza in Il Sogno di scipione, een opera die de zeventienjarige(!!) Mozart, ik meen in 1771 schreef voor aartbisschop Von Schrattenbach, maar toen hij hem klaar had, overleed deze aartbisschop en toen heeft hij hem opgedragen aan aartsbisschop Hieronymus van Colleredo die later een grote vijand van hem werd. Kan er niets aan doen, het overvalt mij even, maar Mozart zeventien en dan die aartbisschop. Nee, ik weet het, je kan het niet maken, zowel Sinterklaas als Hieronymus postuum in de verdachtenbank Voor de aardigheid laat ik hieronder de tekst van de aria volgen mar daaronder een door mij vervaardige vrije vertaling. En als ik u was zou ik zeker een keer die aria beluisten. Hoe een zeventien jarig jochie zulke geniale muziek schreef!

Biancheggia in mar lo scoglio

Par che vacilli, e pare

Che lo sommerga il mare

Fatto maggior di se

Ma dura tanto orgoglio

Quel combattuto sasso

E'l mar tranquillo e basso

Poi gli lambisce il pie

De glinsterende witte schuimkoppen van de zee lijken de rotsen aan het wankelen te brengen en het heeft er veel van weg dat de zee ze overspoeld, maar zonder dat zij, de natte rotsen, groter worden staan ze vol trots en wanneer de zee is gekalmeerd ligt de zee weer aan haar voeten.

Aldus schreef ome Willem.


---