Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

dinsdag 23 februari 2010

Neurenberg, Haydn en Wagner.

Vandaag wederom een tamelijk voorspelbare dag met zeer veel regen. Vanmorgen dus even bij de klant in Darmstadt geweest waarna Klein Umstadt en Hanau volgden om daarna naar Fulda te reizen waar ik onaangenaam verrast werd door de enorme hoeveelheid vrachtwagens die daar ook moesten lossen en de minimale wachttijd drie uur bedroeg, maar omdat ik slechts één palet had en de warenaannamemeneer zo vriendelijk was mijn pallet met voorrang aan te nemen reed ik binnen het uur weg. Er zijn toch best wel goede duitsers en zo reed ik van bandenstad Fulda vandaan op weg naar Nxfcrnberg, Neurenberg, naar de stad waar 64 jaar geleden minder goede duitsers werden veroordeeld, die van het Nazi-regime. Van de, als ik het goed heb, 22 aangeklaagden werden er op 1 oktober 1946 12 ter dood veroordeeld en daarna opgehangen, Ribbentrop als eerste, Seys Inquart als laatste. Pikant detail was dat de beul de valhoogte te kort had gemaakt en dat daardoor de misdadigers niet door nekbreuk, maar door verstikking de dood vonden. Zo hing Ribbentrob 15, Kaltenbrunner wel 23 minuten te bengelen aleer de dood zijn intrede deed en de oorzaak was daarin gelegen dat de beul uit ging van het gewicht dat ze bij arrestatie wogen en er geen rekening was gehouden dat de meesten tijdens het proces vele kilo's waren afgevallen. De engelse sergeant, die de taak uitvoerde, verklaarde ooit dat hij bij onder meer Jodl, die na de val ook nog leefde, de oren beetpakte en flink het hoofd draaide waardoor hij alsnog de nek brak. Zo deed men dus met minder goede duitsers.
Tussen vier en vijf uur kwam ik in deze processtad aan, bracht mijn pakjes daar en koerste daarna richting Berlijn. De regen geselde de hele dag de koude sneeuwvelden en hier en daar waren ze snel minder aan het worden, voorboden dat wij zo langzamerhand uit de klauwen van deze winter worden bevrijd. Inmiddels luisterde ik naar de lente van de vier Jahreszeiten van Jozef Haydn en ervoer dat de tekst nauw aansloot bij de werkelijkheid die ik thans aanschouwde, want daar zingt een bas;

Seht, wie der strenge Winter flieht,

Zum fernen Pole zieht er hin.

Ihm folgt auf seinen Ruf

Der wilden Stxfcrme brausend Heer Mit grxe4xdflichem Geheul.

En dan de tenor:

Seht, wie vom schroffen Fels
der SchneeIn trxfcben Strxf6men sich ergiexdft!

En dan een vrouwenstem:

Seht, wie vom Sxfcden her,

Durch laue Winde sanft gelockt,

Der Frxfchlingsbote streicht!

En dan zingt er een koor:

Komm, holder Lenz!

Des Himmels Gabe, komm!

Aus ihrem Todesschlaf Erwecke die Natur.

En dan een vrouwenkoor:

Er nahet sich, der holde Lenz,

und Frauen Schon fxfchlen wir den linden Hauch,

Bald lebet alles wieder auf.

En een mannenkoor:

Frohlocket ja nicht allzufrxfch!

Oft schleicht, in Nebel eingehxfcllt,

Der Winter wohl zurxfcck und streut

Auf Blxfct' und Keim sein starres Gift.

En tot slot zingen allen:

Komm, holder Lenz !

Des Himmels Gabe, komm!

Auf unsre Fluren senke dich!

Komm, holder Lenz, o komm

Und weile lxe4nger nicht!

Samen met de muziek één van Haydn's hoogstandjes want deze meneer schiep werkelijk de schoonste muziek. In dat opzicht wel weer jammer dat ik onderweg de stad Bayreuth passeerde en ik stil gezet werd bij die persoon die juist met zijn muziek aller oren heeft bedorven, Richard Wagner.

Aldus schreef ome Willem.
---