Verbazing! Met open
mond kijk ik er naar, de angstmens, met voor de mond een gesnoerd masker.
Bang van angst, in een oogwenk.
Eén enkele vingerknip en de mensen zwommen als een
vissenschool plotseling een andere kant uit.
De raadgevers bang en angst; valt daar iets van te
verwachten?
Wie heeft ze betoverd?
Wie toch?
Een valse lokroep der sirenen; het laat het mensdom op de
klippen lopen.
Vrijwillig ingeleverd.
Overvallen door onbekend en door de betovering roept menigeen
uit: “Sluit ons op! Sluit ons op!”
Als varkens, als onreine varkens.
Het is een ezelsfeest; door de monddode mond klinkt nog
slechts de i en a.
Opgesloten, opgehokt. Opgehokt als onreinen.
Aldus schreef ome Willem