Toch maar gekozen voor de snelste route naar de Italiaanse zon, dwars door een kil regengebied, een voorgenomen Noord-Poolse reis werd wegens overdadig wolken- en regenweer ingewisseld voor enkele dagen frequente zon, natuurlijk mochten de fietsen ook mee.
Wie om tien uur vertrekt en een beetje door gaat, zit via Bastonge, Martelange, Longwy, Epinal, Lure, Beaume les Dames, Pontarlier en Lausanne nog voor achten aan de voet van de Mont Blanc in Martigny met uitzicht op het Rhônewater aan het avondeten en dan heb je onderweg nog koffie gedronken ook, nee, het is waar, met mijn Dafje lukt dat niet zo snel.
's-Anderen daags, in de vroege morgen onweer en regen, veel regen, en toen dat voorbij was, wij op weg, eerst door een dikke wolkenlaag, dichte mist, naar Chamonix, nee, zeker, nu niet de snelste route, in tegendeel, een uitstapje over een traject waar in normaal niet kom, via wat zijpaden alsnog aangekomen in Aosta, met zeker een uur meer snorren dan normaal, en toen meteen de warmte, de -bijna- broodnodige warmte, de echte zomerwarmte in, snelweg tot Santhia en dan, via de strada statale, langs Vercelli, Allesandria en Novi Ligure, de bergen in, de Alpen in, de Ligurische Alpen, want zo heten ze.
De Franse, Zwitserse, Oostenrijkse Alpen zijn hoger, het wegennet stukken minder uitgebreid, zo kent het lange grensgebied tussen Italië en Frankrijk niet meer dan tien overgangen waarvan de meesten in de winter vaak gesloten zijn, Wallis-Italië, als we Martigny daar ook bij rekenen, drie en de rest van Zwitserland een stuk of veertien, dat is het wel, wat magertjes afsteekt bij de enorme mogelijkheden om door en over de Ligurische Alpen heen te crossen.
In de loop der eeuwen verrezen er talrijke dorpjes, het is er dan ook aangenaam toeven, bloemen, bomen, struiken, de geuren. En daar doorheen wegen, overal wegen, kronkelwegen, bijna elke berghelling heeft er wel één en vermoedelijk is er een reis van ruim een jaar nodig voordat je over alle mogelijke doorgangen door deze Alpen bent geweest, de Alpen die bij Lucca stilzwijgend in de Apenijnen over gaan.
Zo bracht vanuit Novi Ligura anderhalf uur slingerweg ons tot even voor La Spezia waar de tolweg ons langs Pisa naar de oude havenstad Livorno voerde en even verder, nog voor Cesina, vonden wij onder een wolkenloze hemel een aangename stek in de volle zon, nog dezelfde namiddag fietsten wij langs de zee, de immens blauwe, wijdse en aangename zee: Italië heeft, naast de crisis, ook zomer!
We houden het hier nog wel even uit.
Aldus schreef ome Willem.
---