Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

vrijdag 22 juni 2012

De vriend.

Aangenaam wakker worden, het was weliswaar sterk afgekoeld, maar nog steeds warm, de zon bescheen de gindse bergen rondom het eeuwenoude Aosta, sommige van die bergen zijn ruim 3000 meter hoog, als voorname heren kijken ze van boven op de stad neer.

Lang geleden, wat heet lang geleden hier, pakweg dertig jaar terug, ik herinner mij een douanestaking: de vrachtwagens stonden tientallen kilometers lang op de strada statele, de doorgaande weg vanaf de Mont Blanctunnel, tijdens het voor-autosnelwegse tijdperk, chaos toen.

Omdat de decarant er nog niet was had ik nog even de tijd, wat rondgekeken in de omgeving, maar rond negenen was het zover, met een nieuw document naar boven, richting Zwitserland, want daar is het document voor, een route die men vroeger zelden reed, vooral vanwege de Zwitserse gewichtsbeperkingen, toen.

En weer sloeg ik de ogen op naar de hoge bergen, het werd, zo vlak voor het einde van deze week, weer zo'n mijmerdag, ik stelde mij de tijd voor dat ze er niet waren, toen ooit niets iets was.

Toen niets iets was, was er reeds mijn vriend, ja, ik heb oude vrienden, maar dit is de oudste, hij was er nog voor het iets, voor de oerknal, zo u wilt, al geloof in niet in oerknallen, maar voor alles vertoefde hij.

Zo reed ik naar boven, het niets werd iets, en wat allemaal, de variatie, geen berg, bloem, steen, wolk of waterval gelijk, hij was er bij toen vanuit het niets het iets, en met het iets alles werd, mijn trouwe vrind, trouwer dan ik ooit kan wezen, hij geeft mij zicht en inzicht, ook vandaag weer.

Zwitserland weer door, op weg naar frankrijk, ik zie en aanschouw, de huizen, de gewoel, het leven, de auto's met de wegen, de scheppingsdrang van mensen, vrijwel tot alles in staat, hoe wonderschoon soms, de kunst, de cultuur.
Wijsheid, mijn metgezel, is vriendelijk en opgetogen, veel leerde ik van hem, hoorde naar zijn stem en zoekt altijd het goede voor mij.

Is het niet mijn vriend Wjjsheid waarmee en waardoor alles is zoals het is, ook de bergen van de jura waar ik overtrok, de Comté, Lotharingen? In de avond kwam ik aan in Luxemburg, vandaag is het de laatste dag voor een drieweekse vakantie, mooie tijd om relaties de verdiepen, ook die met mijn vriend, mijn vriend Wijsheid.

Mijn vriend roept mij, fluistert, en waarschuwt mij, vooral tegen die ander die steeds poogt mijn vriend te wezen; Dwaasheid is zijn naam, ik leen en leende mijn oor al te veel naar hem, de onvriend waardoor er heel wat gaat in deze wereld zoals het niet zou moeten; ik probeer hem weg de duwen, af te schudden, maar telkens dringt hij zich weer op.

Nee, ik moet hem niet, ik ga hem uit de weg en mijn vriend Wijheid vraag ik daarom om raad, een vriend die wel roept, maar zich niet, zoals Dwaas, aan mij opdringt.

Vriend Wijheid, die de nacht gaf waarin ik sliep vannacht, de regen voor de akkers, kom, we gaan weer samen op weg.

Aldus schreef ome Willem.
---