Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

donderdag 26 april 2012

Overleven.

Het is Wagner zelf die het schreef, wellicht heeft hij destijds de kanteling in de tijd waargenomen als hij schrijft: "De instrumentale muziek -de negende van Beethoven bewijst het- heeft haar laarste woord gesproken; zij kan niet verder. Na Beethoven is muziek tot volstrekte onvruchtbaarheid gedoemd" waarmee hij bewees de crisissituatie van zijn tijd haarfijn te hebben aangevoeld.

Vandaag zou ik nog zes adressen laden, maar bij het eerste, in Meursault, ging het al mis, want ondanks dat de leverancier op de hoogte was dat "wij" zouden komen, bleek zijn heftruck, nodig om te laden, al enige tijd stuk te zijn. Na ruim een uur niksen ben ik er maar vandoor gegaan, naar Beaune, midden in Beaune, en daar zat de handel in een oogwenk achter in het laadruim.

Al lange tijd bestudeer ik de gezichten, het gelaat van de voorbijganger, die in de supermarkten, op de laadadressen, overal, de nieuwe tijd is er op af te lezen, vanaf het voorjaar kijken, lachen, het knippen met de ogen, ja, ook de grimassen zijn veranderd, in een oogwenk.

Inmiddels vielen nog twee klanten af, zodat mij nog ééntje restte, die in Pouilly sur Loire, toch nog een heel eind karren vanaf Beaune, dus toog ik eerst naar het oude stadje Autun en over Chateau-Chinon reed ik verder, door Saint Saulge, een lange rit dwars door de Morvan, een nogal wat ondergewaardeerde omgeving, slechts weinigen kennen de schoonheid van de streek. Zelfs vandaag, terwijl het nagenoeg onafgebroken regende, was het hier mooi, maar ja, ik houd ook van regen, van onguur, van opzwiepende regenvlagen, ik vind ze spannend.

Wagner herkende het, toen, in zijn tijd, en weinigen zullen hem zijn bijgevallen en wellicht de enige die het voor honderd procent met hem aanvoelde was Cosima, dochter van Franz List en Wagner's laatste echtgenoot.

Rivieren stroomden tjokvol door hun beddingen, in weiden en akkers stonden soms grote, drassige, waterplassen, het land heeft moeite het neergekomen water af te voeren. De klant in Pouilly zat er ook snel in en vandaar ging de reis verder, via Douzy naar Auxerre, en daarna, dit keer via Vouzieres. Even daarna, in La Chesne, bleef ik staan, at ik asperges met kaas.

Ruim honderd vijftig jaar tussen de tijdskanteling ten tijde van Wagner en die van dit voorjaar: eerst leefden de mensheid, in alle opzichten.

Daarna sloeg leven, het leven, om in een ander soort leven, ik groeide er mee op, de mensheid leefde eigenlijk niet, maar beleefde, de mensheid maakte mee en na het verstrijken van de tijd steeg de beleving, soms tot ongekende hoogten!

Bruisend beleefde men zijn tijd, gezeten op vooruitgang, voort ging het, met alles, met bijna alles. Maar dit intens beleven eiste zijn tol, het beleven maakte kwetsbaar, in die honderd vijftig jaar verdween door al dat beleven het grootste deel van de ziel, zodat uiteindelijk het lichaam met de zenuwen achter bleef.

Morgen nog het restant van de rit, waarna we weer zullen zien waar de volgende reis heen gaat.

Plost kwam de kanteling over ons, het beleven verdween, in één klap, de gezichten, wie weet, ziét het ook, de mensen, ze lopen langs, zonder leven, zonder beleven.

In de aangebroken tijd zie ik ze, lopens door de straten, zittend op het terras, fietsend op het rijwiel, aan de arbeid in de fabrieken, het leven is, na de tussenstap beleven, uitgekomen bij een louter overleven.

Aldus schreef ome Willem.


---