Goed; Dat even tussendoor; maar ik zal nog eens een poging wagen; er is wijn, veel wijn, en nog veel meer dat de naam wijn draagt, maar nog maar weinig met het product zelf te maken heeft; zowal alle druiven worden machinaal geoogst, machinaal, waardoor reeds rottende druiven, slakken, torretjes, salamanders en soms kleine slangetjes mee worden gehakseld en vermengd worden met het druivennat waardoor ogenblikkelijk, als het geoogste spul de wijnschuur bereikt, met -onder meer- sulfiet wordt "ont"-smet.
De nacht, de nacht van afgelopen woensdag op donderdag, had warmere en vochtige lucht aangevoerd waardoor grote, logge witgrijze wolken de dalen hadden gevuld; we gingen weer voort, nu de weg op naar 't noorden, een lang stuk van de A-75, tot drie keer over de 1.000 meter en daarna rechts af, naar 't plaatsje waar Louis Mandrin, de "Robin Hood" van Frankrijk, regelmatig zijn gesmokkelde goederen wist te verhandelen, het destijds uiterst afgelegen Brioude waar we voor de oplegger een halve lading ontvingen. Vandaar reisden we voort, nu in oostelijke richting, de bergen weer in.
En eigenlijk begint het al eerder: voordat de oogst begint, als het gewas nog ter velde is en de wijngaard, ter bestrijding van ongedierte en schimmels, bespoten wordt met de meest bizarre giffen waardoor niet alleen de bestrijden flora en fauna sneuvelt, maar ook de wijngaardgisten een wrede dood sterven.
Prachtige bergen, de N 102 op, langs Paulhaguet, pal langs Saint Eblé en noordelijk langs Le Puy en Velay; inmiddels was 't schitterend weer geworden en de wereld om ons heen met de mooiste bruine kleuren beschilderd; de omgeving bezaait met vele "puy's", veelal oude vulkanen, zo wordt beweerd, een sagenrijk landschap waar uit de bodem romanteske verhalen opborrelen; al spoedig snorden we over de N 80, dus over de Col de Pertuis, de bergrug over die de Allier en de Loire scheidt, langs Yssingeaux waar Baron Haussmann, de architect van het negentiende eeuwse Parijs, korte tijd na de verbanning van Napoleon woonde en we kwamen langs Saint-Étienne en Lyon om na ons vertrek uit Brioude enkele uren later aan te komen in de Beaujelais, in Saint-Jean d' Ardières, een buurtschap vlak naast Belleville sur Sáone, en, nog wat precieser, bij Marie, Marie la Pierre.
Daar ligt het dan; dood, gedood, vermoord sap, verontreinigd met slakkensnot en slangengif, met spinnenpoten en torrenschildjes; zoiets moet natuurlijk eerst worden gefilterd; twee, drie keer waardoor en-passant de gezonde ingrediënten uit het sap verdwijnen zodat er uiteindelijk een dode, waterachtige rommel overblijft; zonder gist, zonder vreugde en met nauwelijks nog enige smaak dat in de verste verte niet of nauwelijks meer aan druif doet denken, dus wordt er snel wat chemische gisten toegevoegd, alsmede allerlei aditatieven waarmee het ggoedje op smaak wordt gebracht; en zo kan het zijn dat er geheel industrieel gefabriceerde "wijn" op de markt komt voor 2 á 3 euro per fles, flessen waar voor, zo deelde onlangs nog een smaakimporteur mede, ongeveer minus 1 euro wijn in zit, wijn, maar wel stijf van allerlei, soms tientallen, chemische toevoegingen!
Maar in de wijngaarden van Marie worden de druiven niet besmet met pesticiden en er wordt met de hand geplukt; tuil bij tuil waarbij elke reeds rottende druif de persbak niet haalt; zuiver en glashelder, maar daar blijft het niet bij.
Zelfs "bio" is niet goed genoeg: de term "biologische" wijn immers, zegt alleen hoe de druiven verbouwd worden; daarna kan elke wijnboer er lutig op los rommelen hetgeen ook, omwille van de "Euro's", in grote getallen gebeurd, maar bij La Pierre volgt na de oogst ook het wijnmaken de weg van natuur, eenvoud en zonder het toevoegen van geen enkel chemisch middeltje; alhier ontvingen wij enkele paletten voor, onder meer, een importeur van bijzonder zuivere wijn. Even verderop, in Vilé Morgon, eveneens waarna we verder reden; de Beaujelais in een langzaam doemend avondlicht achterlatend.
En het was reeds donker toen we in de Bourgogne, te Beaune, tijd hadden de neef van La Pierre, Philipe Pacalet met een bezoek te vereren, hetgeen hem aangenaam trof; zonder aarzelen nam hij ons mee naar zijn domijn, onder de huizen en straten van Beaune; in schemer schimmenlicht en boven bruine wijnvaten proefden we enkele van zijn voortreffelijke brouwsels: Philippe is een echte vak-idioot, een artiest en vermoedelijk de beste wijnmaker van Frankrijk: na de oogst worden zijn druiven, overwegend Pinot Noir, met voeten vertreden, gekneusd en geperst, langzaam, met oneindig geduld terwijl aan het product nooit enige concessie, nooit enig middel wordt toegevoegd; niets verduisterd het geheim van de bodem waarop de druiven groeiden en door zijn enorme kennis van het "vak" wijnmaken komt hij tot ongelofelijk verfijnde producten die de menselijke fantasie en verstand te boven gaan. Zelden laat Philippe gasten in zijn kelders toe; kelders met wijn die de gedichten van Vondel evenaren: wijn en gedichten; drinkt bij De Gysbregt een primair cru Nuits-Saint-Georges, bij palamedes oft vermoorde onnooselheit een vol glas Saint-Aubin.
Na een uur en het proeven van zeven uiteenlopende wijnen verlieten we met tegenzin de kelder; we kregen nog een "flesje"') Côte de Beaune 1e cru mee; "pour la route" had hij ons nog nageroepen toen we verdwenen, Beaune zonder onze aanwezigheid achterlatend.
De DAF bracht ons op de vrijdag die volgde naar huis, geheel in stijl met in de kar de heerlijkste nouveau van 2014 en wat lekkers uit de Bourgogne; over de oude "Novomagnus" de Romeinse weg die Trier met Lyon verbindt, langs langres, Bourmont en de bovenloop van "onze" Maas, langs Neufchâteau waar in 1940 tijdens de Duitse inval honderden Franse krijgsgevangenen, voornamelijk Senegalesen, werden vermoord; waar een tijd lang het ouderlijk huis van Jeanne d' Arc zou hebben gestaan en via Luxemburg kwamen we rond het avonduur in Nederland aan.
De avond ervoor ontkurkten we in de stuurhut brutaal en met enige schroom de Côte Beaune, 1e cru en onderwijl groef ik in mijn geheugen; en na het tweede glas mompelde ik voor mijn reisgenoot verstaanbaar de laatste stroven van Vondels dichtspraak op de atlas:
O reisgezinde geest, gy kunt de moeite sparen
En zien op dit toneel'') de wereld groot en ruim
Beschreven en gemaelt''') in klein begrip van blaren
Zo draait de schrandre kunst de aarde rond haar duim.
Aldus schreef ome Willem.
') Achteraf bleek het om een "flesje" te zijn van rond de 65 euri.
'') Bedoeld wordt de atlas
''') Getekend, geschilderd.
---