Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

dinsdag 8 juli 2014

Schaken 1938

Een mooie reis, die overigens regenachtig begon; meer dan dat: enorme wolkenbreuken teisterden het Noord-Franse landschap, onderweg naar Arras en ook op de route naar Amiens en pas daarna, toen ik ietwat gezapig door de Picardische heuvelen rolde, werd het beter, vielen er gaten in het grijze dek, ja, brak prachtig de zon door waardoor de omgeving het op een drogen zette.

Nee, ik heb ze nog niet nauwkeurig bestudeerd, de drie partijen die ik enkele dagen terug op de kop tikte: drie velletjes papier, nog niet eens ter grootte van een a-5-je, maar drie reliekwieën uit 1938 en toen ik ze kocht wist ik nog niet dat ik iets uiterst unieks verworven had: drie velletjes papier met de notering van drie schaakpartijën, drie keer hetzelfde handschrift, drie keer dezelfde speler tegen drie keer een andere schaker en de notering, in latijns schrift, kon ik lezen, maar de namen, in geschreven Ivriet, was een probleem, Ivriet, het moderne Hebreeuws dat sinds 1922 een officieel erkende taal in Palestina werd; alle drie de notatieformulieren waren afkomstig van de Palestinien Chess Federation, Tel-Aviv; drie, kennelijk Joodse, schaakpartijen uit 1938, wat moest ik daar mee?

Heerlijk, aangenaam rij-weer: in de verte zag ik een enorm wolkenmassief dat leek te worden tegengehouden door de verderop stromende Seine waar ik later, nog in de loop van de morgen, overkwam en mijn reis voortzette door via Evreux en Nonancourt naar Le Mans te rijden; het wolkenmassief bleek een stuk minder dik dan toen ik er in de verte tegenaan keek; steeds meer leek het een kudde voortgrazende hemelschapen te worden; 't zijn vaak de mooiste luchten.

Na intensief onderzoek ontdekte ik dat de drie formulieren afkomstig waren van de in 1909 te Breslau geboren Heinz Foerder, die, nadat hij in 1933 vanwege zijn Jood zijn werd ontslagen, emigreerde naar Palestina en daar de naam Yoseph Porath aannam en dat zijn tegenstanders de in Polen geboren Arie Lev mohilever, Dr. Joseph Dobkin en de in 1915 geboren en thans nog in leven zijnde Shlomo Smiltiner waren; alle vier spelers van aanzienlijke importantie: ze speelden diverse internationale toernooien, waaronder olympiades en Porath zelf werd Internationaal Meester; langzaam doemde de werkelijkheid achter de formulieren op.

Inmiddels hadden de schapen zich aaneengeregen tot een enorme grote grijze wolkenwolf; in La Flèche, Bauge en na de brug over de Loire -bij Saumur- bleef het nog droog, maar onderweg naar Thouars barstte het allemaal weer in alle hevigheid los; in een kort ogenblik werden wegen rivieren, spoelde hier en daar dikke modder de weg op; een half uur, niet langer, want na Parthenay was alles weer voorbij.

Vooroorlogse tijden, Palestina, Brits mandaadgebied, Joden hebben er reeds hun eigen taal en er wordt geschaakt, lustig op los geschaakt; de drie partijen zijn van laat najaar 1938, de naziterreur in Duitsland is inmiddels stevig aan de gang; maar hebben; Smiltiner, dr. Dobkin, Mohilever en Porath het beseft? Enige notie gehad van wat hun volksgenoten in "Europa" te wachten stond? Kortom: verstonden zij de tijd; hun tijden? En dan: in hoeverre! Tijdens de oorlogsjaren, tijdens de holocaust is het schaken gewoon doorgegaan. Steeds meer proef ik de sfeer van die dagen, al zijn het slechts verdroogde kruimels, flarden; de drie velletjes, ik duizel, ze vertellen boekdelen; ik zie ze, met tussen hen de 64 velden.

Voorbij was ook de reis; een aardige smikkeltent trok mijn aandacht, een goed adres om aan te meren en, naar later bleek, waar vader en moeder, omringt door twee ondeugende jongetjes, de zaak runden en na het eten, terug in de cabine, tracht ik weer terug te keren in het verleden; terug in de tijd toen Porath zijn drie partijen speelde; rek mijn arm uit, zo ver mogelijk, en probeer met mijn vingertoppen de sfeer van weleer aan te raken.


Aldus schreef ome Willem.
---