Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

vrijdag 13 december 2013

De wegbereiders.

Nizza-La Spezia, honderden tunnels. Hoeveel precies? Degenen die er aan werkten zijn oud, áls ze nog in leven zijn: het oudste stuk, Savona-Genova werd reeds in 1967 opengeleverd, het gedeelte naar Ventimiglia, zij het éénzijdig driebaans, reeds in 1971.

De Blauwe Olifant, het was de naam van de Routier in Le Muy, en achter de toog stond een barman die aan één stuk doorratelde tegen mijn half-slaperige, aan de andere toogkant hangende medeweggebruikers; tijdens een korte adempauze waar nog net een speld tussenkon vroeg ik hem de weg naar het laadadres dat immers vlakbij moest zijn en meteen begon hij in een watervallend betoog mij de route nauwgezet uit de doeken te doen.

Het was niet zo ver, snel gevonden ook, en ook snel de handel er in en rond half negen koetelde ik verder, een stuk over de oude "drie"-baansweg, later een stuk over de A-8, bij Grasse er af, er af voor een laatste losklant; weinig oponthoud, nauwelijks een half uur en weer kon ik verder met de reis, eerst door het stadje zelf; 't was lang geleden dat ik er dwars doorging, nauw, maar het gaat altijd precies. Weliswaar was ik iets zwaarder dan de toegestane 19 ton, maar een kniesoor die daar op zou letten en al slingerend naar de hoogte genoot ik van het uitzicht; overal, op elke helling rondom, verspreid staande huizen; alsof iedereen hier wonen wil.

En zo kwam ik uit op de weg Digne-Nice, een kort stukje, ja, zelf een laatste stukje echte driebaans, tot aan Villeneuve Loubet waar ik opnieuw de snelweg op ging, richting Italie, op weg naar, en het komt niet zo vaak voor. Zo vaak voor, de hele route te rijden van Nice naar La Spezia, de snelweg met zijn honderden viaducten en tunnels; het eerste stuk, het Franse deel, kwam pas laat gereed, veel later dan het Italiaanse deel, zo rond 1976, al was een klein stukje vanuit Italia lange tijd met slechts twee rijstroken -een halve snelweg dus- al wel in functie, alleen toegestaan voor personenvoertuigen. Trouwens: een groot deel van snelweg Ventimiglia-Genova heeft lange tijd ook uit één deel bestaan: later bouwde men de andere zijde en dat verklaart waarom de weg richting Ventimiglia meer "slingert" dan richting Genova, want in wat latere tijd werd men steeds bekwamer in het aanleggen van strakkere wegen door berggebied.

Áls er al een snelweg mooi en kunstig gevonden moet worden, dan toch zeker de Autostrada della Fiori, "bloemensnelweg", en op de twaalfde van de twaalfde was het het oude Dafje gegund de hele route af te karren, als eerbetoon, aan Dafje en snelweg waarvan velen die er aan de weg werkten, nogmaals, reeds gestorven zijn, of zeer oud; in ieder geval reeds lang met pensioen; de bouwers van, ondermeer, het Polcaveraviaduct, 1968, hoog uitstekend boven Genua en waar je welhaast bibberend overheen snort.

Onderweg, na Genova, haalde ik terloops, al is terwiels misschien beter uitgedrukt, nog een aardige klant op, ruim tien ton, en wat trager klimmend vervolgde ik de circa 300 kilometer lange tunnelroute terwijl de zon nu snel in het westen wegzonk; in het donker passeerde ik Carrare, Massa en de scheve toren van Pisa, sloeg ten oosten van Livorno de fipili op, de oude route Firenze-Livorno-Pisa, oostelijk, tot aan daar, waar een weg naar 't zuiden gaat, de richting op van Poggibonsi, nog een klein half uur, toen vond ik een herberg met voldoende parkeerplaats.

Laat op de avond, toen ik gegeten had, dacht ik nog even terug, aan die duizenden arbeiders die aan al die honderden tunnels gewerkt hebben; zo het snelle reizen mogelijk maakten, betaald, trouwens, met financien, voornamelijk vanuit de toenmalige E.E.G.; Italië was het eerste land wat daar bijzonder van profiteerde en het is een Europees publiek geheim dat er destijds ook heel wat poen in zakken van maffia-achtige organisaties verdween.

Maar die arbeiders! Duizenden, en hoevele verongelukten er tijdens die vele, soms riskante, werkzaamheden, diep in de tunnels, hoog boven de te overbruggen ravijnen; ik weet het niet, maar, snelweg of niet: het vervult mij met een zeker ontzag, ontzag en eerbied voor de bereiders van de lange weg die Daf en ik berijden konden, die het mogelijk maakten om in luttele uren van Nice naar Pisa te karren.

Aldus schreef ome Willem.
---