donderdag 12 juni 2014

De treiters

Als een kleine stip op de landkaart ligt het er al eeuwen, aan de Via Agrippa, de weg van Burtigala en Mediolanum naar Augustonemetum en wellicht dat het verband houdt met de steeds weer in oude boeken opduikende naam Condate.

Maar ik kwam van de andere kant, van Rochefort de Saintongestreek binnen nadat ik nog in het donker de hobbelige parkeerplaats van de knaaghut nabij Nonancourt verliet en op weg ging richting Alençon en om in deze tijd van het jaar met donker te vertrekken moet je beslist erg vroeg uit de veren.

Pas toen ik na Alençon richting Mayenne snorde ontluikte de dag; de soms laag bij de grondse nevelstrepen krioelden bij tijd en wijle over het asfalt, voerden een geheimzinnig stil gesprek, grinnikten om hun spoedige einde daar ze weldra opgeslokt werden door het opkomende zonlicht en op lange, rechte stukken plaats maakten voor merkwaardige luchtspiegelingen.

Het is ook een formidabele streek om doorheen te rijden mits je de snelwegen maar mijd: veel lange, rechte wegen glooiend aangelegd over de heuvels, door bossages, langs of door pittoreske dorpjes die echter helaas ontsierd werden door verkeersdrempels of andere verkeerstreiterijën, resultaat van Europese regelgeving en al schrijvende kom ik tot de conclusie dat de meerderheid van de uit Brussel afkomstige regelgeving ten doel heeft om de lidstaatburgers het leven zo zuur mogelijk te maken.

De eerste klant bevond zich aan de zuidwestkant van de stad waar de grootste reisverslaggever ooit geboren werd, Jules Verne en dan weet iedereen meteen: Nantes! Nantes dus, strak aan de Loire en na een reis van bijna vier uur had ik ze snel gelost en, zoals doorgaans in dit beroep, daarna verder, steeds verder naar 't zuiden. Zuidoost eigenlijk, niet ver van Cholet, te Cerizay en zowaar kon ik deze ook nog net voor de middag kwijt; zeven paletten en daarna restte mij er nog een, een dikke twee uur gaans, dwars door de prachtige Vendée, een streek waar men tijdens het reizen de meest verheven gedachten opdoet op de eindeloos lijkende lange stroken, wegen genaamd. Rond twee uur kwam ik langs La Rochelle, een stad dat, zoals steden als Haarlem, ooit twintig maanden werd omsingeld en uitgehongerd waardoor een derde van de bevolking door uithongering om het leven kwam: de overigen gaven zich over waarna de meeesten stierven door het zwaard; alsnog. Barre tijden, toen katholieken protestanten nog naar het leven stonden.

Niet ver meer, aan de monding van de Charente, te Rochefort, bevond zich de laatste klant die eveneens in ijltempo gelost werd door een klein dik mannetje op een gele heftruck en nadat ik leeg was, vertrok ik naar het zojuist opgegeven teruglaadadres, een anderhalf uur ten zuidoosten van Rochefort, eveneens aan de Charente en halverwege, nog voor Saintes (Mediolanum), maakte ik een korte pauze door een bezoek te brengen aan een koekfabriek waar in het dorpje Beurlay smakelijke galettes worden gebakken.

Als snel daarna sorde ik tussen de Ugni-blanc'), tussen de druivenvelden van de Cognacstreek, over de Via Agrippa, de weg van Bordeaux (Burtigala) via Saintes (Mediolanum) naar Clermont (-Ferrand) (Augustonemetum) met daartussen, als een dwaalster gelegen, het kleine stadje Cognac en de geschiedkundigen vermoeden dat met het in veel oude geschriften voorkomende Condate Cognac bedoelt wordt. Latere, andere namen die opduiken zijn Commiaco, Conniac of het latijnse Comprniacum, het doet er eigenlijk niet toe en al die namen kunt u eigenlijk gewoon overslaan. In de avonduren wist ik een plekje te bemachtigen naast een te grote megasuper en ik ging er van uit dat ik daar beslist wel wat te eten zou vinden, maar eerst fietste ik even het stadje in waar ene Martell 399 jaar geleden, in 1715 dus, als eerste een aardig sterk drankje verkocht dat sindsdien de naam cognac draagt, gelijkgenoemd naar het stadje waar Martell het brouwde.

Straks melden bij het even verderop gevestigde laadadres; en me dan vervolgens weer een dag te laten treiteren door de regelbrei die door de meer dan één miljard salaris per maand kostende eurombtenaren "bedacht" worden.

Drempeltjes, paaltjes, wegontsieringen, rijtijddiktaten, flitswoestijnen, te open grenzen, arbeidsvoorwaardenconcurentie, enz enz, enz. Stelletje treiteraars.
Of is het treiterraars?
Of eenvoudig treiters!?

Gelukkig wordt het mooi weer; ik hoor reeds vroege vogels fluiten en de brem is geel; rode papavers tussen het koren: dat scheelt.

Aldus schreef ome Willem


') Ugni-blanc, druivenras waar cognac van wordt gemaakt.
---