Langdurige regenval heeft de landerijen ruimschoots onder water gezet; oeverloze rivieren gelijk oeverloos gezwam; brutaal neemt het water bezit van het droge land en tijdens het zien van dat vele water dacht ik een moment terug aan de enrome eerste februariramp van Zeeeland, maar zó erg was het hier nu ook weer niet.
Mijn eerste cliënt bevond zich langs de Doubs tussen Beaume les Dames en Besançon. Voor de middag de spullen eruit en daarna verder snorren door de merkwaardige winter die haar naam nauwelijks waard is.
Opmerkelijk veel miezerregen dat in deze tijd van 't jaar sneeuw had kunnen wezen; maar op wat achtergebleven bermsneeuw in de Ardennen na werd er in 't geheel nog nergens sneeuw gezien. Dolend door Frans landschap zag ik 't plotseling; op twee februari prachtig bloeiende Japanse Kers, voorjaar in de midwinter en het was zestien graden. Zestien in de Bresse.
In de middag kwam ik aan te Villefrance sur Saone bij een cliënt die alleen in de morgen goederen aannam, maar wegens wat Frans inconsequent handelen kon ik de goederen toch rond drie uur in de middag lossen; dat zette de week in een wat ander daglicht.
Een klein stuk terug stond tussenwijl een eerste palet voor retour; aldaar zocht ik een stille rustplek alsmede een instelling waar men de prachtigste beaujolais uitschonk en met enkele van de aldaar door mij genoten glazen tesamen met een eenvoudige maaltijd kwam ik de nacht wel door.
En ik verzeker de lezer: ik heb minder goede nachten gekend.
Aldus schreef ome Willem.
.