Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

woensdag 7 mei 2014

De berenslaap

'T kwam vermoedelijk door de stijle helling, of wellicht omdat ik te vroeg opstond: half vier is ook wel erg vroeg.

Desondanks; gehuld door nachtelijk- en te vroege morgenduister vervolgde ik vanuit Moulins mijn weg; slingerde lange tijd door de heuvels, in Roanne was 't nog doodstil.

Ook in Saint-Etienne leek nog vrijwel iedereen op één oor te liggen terwijl, toen ik ook daar voorbij was, het langzaam begon te dagen; slingerde verder, Firmeny, richting Le Puy, door oud vulkaanlandschap en nog ver voor Yssignau sloeg ik links af, onwijs mooie bergen in, op weg naar het onogenlijke plaatsje Saint-Romain-la-Chalme, hoofdzakelijk agrarisch gebied en dan, opeens temidden daarvan, een heuse fabriek waar men plastic-folie fabriceert, toch iets, dat je in dié omgeving niet verwachten zou.

Rond half negen was ik van de lading verlost; ik koos een plan uit twee mogelijkheden dat later de minst gunstige bleek; ik stuurde de truck over Annonay naar Valence, maar beter had ik door naar Le Puy kunnen snorren en via Mende naar 't zuiden kunnen gaan, maar ja, gedane zaken nemen, zeker in dit beroep, niet snel een keer.

Nu moest ik ook nog door Montpellier rijden om bij de eerste klant, een uiterst klein gehucht boven Clermont-Herault, te komen. Malleveille, dat ik bovendien beter meteen vanuit Lodève had kunnen bereiken; van Clermont naar de klant en weer terug kostte ruim een uur.

Eén pallet, en toen op weg, een race tegen de klok begon want zowel rij- als werktijd stonden onder druk. Eerst nog laden in Castelnau du Gers bij een klant die het een keer wel begreep; papieren die gereed waren, iets, dat bij menig Frans laadadres nogal eens ontbreekt.

Toen nog een laaste, en via Roujan reed ik naar Pouliscalon, weer één pallet, met nog enkele minuten werktijd voor de boeg: snel vertrok ik, kwam juist op tijd, net voor Beziers, stil te staan.

In de avonduren reed ik op twee wielen naar genoemde stad, immers gold de werk- en rijtijd louter voor de truck. Boven de stad torent een enorme kathedraal en om daar te komen moest ik een forse helling op; ik deed een poging, meer dan een kilometer, worstelend, hijgend, een enkele keer stapte ik af en de laatste meters deed ik te voet; maar ik was bovengekomen en toerde rond in de oude Romeinse versting, met een prachtig uitzicht over de wijde omgeving; volgde met mijn ogen de Orb waarlangs ik naar het stadje was toegefietst.

Na ruim een uur trapte ik weer terug, eerst de heuvel af waarbij mijn remmen zelfs begonnen warm te lopen, toen nog de kilometers langs de Orb; eindelijk kwam ik aan bij de groene slaaphut midden tussen de wijngaarden. Snel zette ik het rijwiel in de kar; klom de stuurhut in en nog voordat ik het bed naar beneden klapte, sliep al.
Nee, 't werd geen hazenslaapje.

Vermoedelijk lag ik te grommen als een oude grizzly.

Aldus schreef ome Willem.
---