Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

donderdag 14 februari 2013

Het duurdal.

Het is een paar jaar de grens geweest tussen Frankrijk en Duitsland, nog niet eens zo lang geleden, maar ja, wie weet dat nog in een tijd dat geschiedenissen tot het verleden behoren.

De parkeerplaats was verlaten, alleen de modder en vieze plassen bleven, als getuigen dat die morgen grote wegreuzen het terrein verlieten; het was rond achten dat ook ik maar eens vertrok, maar niet nadat ik een sterke koffie bij de uitbater van de smikkeltent dronk, in een laag gebouwtje, nauwelijks drie meter hoog en midden in de ruige natuur neergezet, ooit, door iemand die het voornemen had wat lekkers voor een immer voortreizende groep van mensen te maken. Een eetzaal met toog, doucheruimte, toiletten en een kookplek, meer een kombuis dan een keuken, dat was alles.

Niet ver er vandaan bevond zich mijn eindbestemming, net nog aan de "Duitse" kant van weleer, opzij van Tours, maar die begonnen pas om één uur terwijl ik zelfs een afspraak had om vier uur en daarbij was het fris, koud en grijs, nog steeds grijs, ja, en te koud om te fietsen, dus verpoosde ik een tijdlang in een enorme winkel van de enkele maanden geleden overleden Eduard Leclerc waar ze net niet die goederen hadden die ik zocht.

Net voor tienen, ik was achter in de grote winkel, kreeg ik een bericht dat ik alvast net onder Tours wat kon laden, in afwachting van het lossen, daarna, in de middag, of, anders geschreven; nog voordat de eindbestemming werd bereikt met de reis vol nieuwe, andere bestemmingen, beginnen.
Nadat ik het winkelkarretje had teruggezet en mijn euro er enkele boodschappen uit had gehaald snorde ik er snel naar toe, naar Sorigny, aan de "Franse" kant van de "dure" grens en net voor de middag zat het er in, had ik het reeds voorin gezet door de nog te lossen paletten naar achteren te halen, aan één kant te zetten en de te laden goederen er langsheen voorin te plaatsen: het leven van een vrachtrijder is echt niet zo eenvoudig als men soms denkt.

Nee, op deze alweer sombere, grijze dag had ik ook weer geen echte mazzel: ze begonnen weliswaar om "treize" uur, maar het duurde toch nog een twee uurtjes voordat ik aan de losramp kon plaatsnemen, maar toen was het ook zo gebeurd.

Eindelijk kon ik verder en reed de enorme brede vallei van de Cher in, een dal met enorm veel kastelen, de beroemdste en mooiste wellicht
Chenonceau, een kasteel dat over de rivier gebouwd werd, waar nogal wat edele dames, zoals Diana van Poitiers en Catharina de Medici, hebben gewoond en daarom de bijnaam chateau les dames heeft, het prachtige kasteel waar Rousseau zijn Emile schreef en dat een paar jaar gediend heeft als (mensen)smokkelroute tussen Duitsland en Frankrijk. Maar ja, geschiedenis, hé, en geschiedenis is een ondergeschoven kindje geworden: de moderne massamens! Wat weet ze nog van geschiedenis! Hoeveel fransen, hier, uit de streek, weten nog dat hiér, nog geen honderd jaar, ja, nog geen tachtig jaar geleden, "de" grens liep; 20 procent? Ik vermoed wel minder!

Het is de streek van de Tourainewijn, velden met voornamelijk Sauvignon, maar ook Côt en Gamay doen het hier goed, Montrichard, Saint Aignan, Selles sur Cher, de weg bijzonder stil, mede doordat er even verder parallel een snelweg werd gebouwd die ik, natuurgetrouw, meed. Le Cher, dat, overgezet zijnde en vraag me niet waarom, De Duur heet, een rivier die ontspringt in het Centraal Massief en vier jaar lang de grens vormde tussen het door Duitsland bezette Frankrijk en de vrij(ere) Franse "Vichy"-regime; het is moeilijk zich dit hier voor te stellen dat dit nog zo recent plaatsvond.

Stroomopwaarts minder wijnvelden, Romerantin, waar ooit de autofabriek van de Matra stond en dan Vierzon, een hele stad geworden, maar dat ik nog heb gekend als nietig dorpje, een volgebouwde kruising, waar je doorheen kwam op weg naar Bourges; inmiddels veranderde de omgeving van wijnvelden in bossen en ik trok de streek in tussen Vierzon en Montargis, een gebied vol houtvesterijen, waar zelfs eikenhout vandaan komt en midden tussen de bossen was een tweede laadadres dat natuurlijk reeds gesloten was en waar ik straks, bij het krieken, ga laden.

Hoewel het de hele dag grijs bleef, kon ik zien dat de wolken dunner werden, en opeens zag ik haar weer, de maan, de hemel brak na dagen grijs in de voornachtelijke uren eindelijk weer open; aan het zuidelijke firmament Jupiter in de vissen.

De dertiende februari '13, tartte ik de werkelijkheid door juist nú in crisistijd door de valei van Le Cher, door het "duurdal", te rijden?

Maar de daarnet opengebroken hemel beveelt mij dat "aber"geloof te laten voor wat ze is, te laten varen in Le Cher.

Aldus schreef ome Willem


---