Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

dinsdag 15 januari 2013

De eigenweg.

Oude, beproefde en gangbare wegen lagen vanmorgen weer vóór me, de laatste maanden voornamelijk in het bedwelmende duister van de nacht, en, waar het donker en weinig wijkt, in het licht van neon-lantarens hoog boven de weg.

Dit keer was het ook koud, en na Brussel ook nog wit terwijl de profeten veel onheil voorspellen, ook in de streken waar ik deze week zal toeven, maar vooralsnog ging het goed, ondervond geen enkele vertraging.

Nog steeds houd het mij bezig, roer ik mijn gedachten om en ontdek steeds nieuwe gezichten, vergezichten, ook vandaag weer, toen ik, al rijdend, langs een lange rij met rijp bedekte bomen keek, daarachter grimgrijze lucht en door de witte takken heen zag ik langzaam de enorme formaties zich sluiten tot één geheel, één grijs geheel: na de zonnewende wordt het weliswaar lichter, maar doorgaands ook kouder, onstuimiger, alsof iemand een strijd wil aangaan, het licht wil doven, voorgoed wil doven.

Zo snorde ik voort door het noorden van Frankrijk, over lange, verlaten wegen waarlangs immense strokbroodvelden onder een dunne laag sneeuw te ruste lagen en het bleef maar koud terwijl dikke wolkenpakken voorbereidingen troffen om de weerprofeten niet al te zeer te grieven: het witte spook kon dra overal gaan ronddwarrelen.

Terwijl ik Bar sur Aube en Dijon passeerde struinde ik door de kaartenbak van mijn geheugen, op zoek naar de verklaring van hetgeen ik achter het grimgrijs tussen de sneeuwwitte takken door zag, vond het, maar echter zonder woorden zodat ik verder ging, op zoek naar een passende tekst.

Inmiddels was de omgeving allang weer groen en viel het duister alweer in; het licht week naar alle kanten en binnen hetzelfde inmiddels waren, boven mij, de wolkenpakken stevig samengeklonterd, wachtend op het tijdstip van de weervoorspellers, wachtend op het moment en uur dat de profeten te tijd van neerslag in de media hadden laten optekenen, gehoorzaam wachtten ze, blijkbaar, op dat moment.

Opeens vond ik woorden, stamelend; weerprofeten, de vermeende wijsheid waarmee ze wolken tellen lijkt op de arts die de mens zijn geheim ontravelt waardoor voor betovering geen plaats meer is; de wonderen uitgebannen, alsof een ongeloof troost kan bieden.

Overdadige neonverlichting hangt boven de brede straat; Lyon is binnen bereik, Lyon, of nauwkeuriger, Meizieu, mijn eerste halte deze reis na een eerste dag zonder narigheid; nog is het sein "val nu" kennelijk nog niet gegeven.

Wie eigen wegen gaat, ontmoet niemand, dat brengen eigen wegen nu eenmaal met zich mee, zodat het voor vrienden zelfs een raadsel is waar ik mij bevind, naar waarheen ik ga.

Aldus schreef ome Willem.
---