Hoeveel mensen hebben mijn site bekeken?

maandag 26 december 2016

Eerste Decemberreis 2016

Bij Gien passeer ik de Loire


recht en stil

eindeloos ook




Afbraak, raar eigenlijk...

tweede reis, nabij Beauvais, de zon komt door




aankomst in Doulens

De angstlucht

Het is in de loop der jaren een geducht veld geworden; toch ook weer niet.  Reeds vroeg ontdekt door Pietro Carrera, zeventiende eeuw, en ’t veld wordt door de pion overgeslagen indien deze direct wordt gespeeld.  Echter, jaren later, heel veel jaren later is het passeren van ’t veld echt in zwang gekomen.



De week begon somber en bleef het ook; een grijze toendradeken hing voortdurend in de lucht en had een absurd tevens onheilspellend karakter; maar zelfs de dag daarna wist ik nog van niets. Het was pas woensdag dat ik er van hoorde: Berlijn, kersmarkt, twaalf doden, de wolken hadden niet gejokt.

 

Overgeslagen; maar Pierre was wel diegene die als één van de eersten een achtdelig schaakwerk liet drukken; Il Giocco della Scacchi, een vooruitstrevend studiewerk en de acht delen werden als eerste boek op het eiland Sicilië gedrukt: 1617, najaar, Messina.  Overigens bevatte het boek, na huidige inzichten, enige vermoedelijke onvolkomenheden zoals het de bewering dat Palamedes de eerste schaakspeler ooit zou zijn geweest, ja, zelfs de bedenker er van was. 

 

Chateauroux, zo’n beetje het centrum van Frankrijk, was de eerste bestemming, of beter: de eerste eindbestemming nadat ik reeds op de maandagmorgen te  Compiegne na enige weken van afwezigheid een aantal vaten had afgeleverd;  dinsdag, terwijl het donker nog voortduurde, werd het voertuig door hardwerkende werklui gelost waardoor ik reeds in de vroege ochtend de terugreis begon, een terugreis via eerst nog twee laadadressen, mij niet onbekend: ééntje nabij Vierzon, de ander in het noorden, nabij Lille.

 

Het was uiteindelijk de  Engelse schaker Jacon Sarrat die begin 1800 de werkelijke tactiek van het overslaan door de c-pion met zwart begon te doorgronden, maar het duurde tot halverwege de twintigste eeuw wanner het algemeen in gebruik werd genomen: reeds op de eerste zet als antwoord op het witte e4: door de c pion werd het veld c6 overgeslagen: c7-c5 waarmee de Siciliaan aan invloed toenam, zodanig, dat na die tijd het winstpercentage van zwart aanmerkelijk toenam; in zijn boek “Gedane Zaken” (1977) brengt de schrijver Van den Berg een metabletisch verband aan: dat gelijkertijd met het  dekolonialiseren van Afrika ook de zwartspeler bewijsbaar meer won dan voorheen.


Het wolkendek bleef onaantastbaar hangen; absurde berichten in de krant en steeds meer angst vult de onderliggende atmosfeer; veld c6, overgeslagen, maar soms ook weer niet. Vroeg weergekeerd, woensdagmiddag, betekend nóg een reis, fysiek niet al te gemakkelijk, maar terwijl de het toendragrijs plaats maakte voor meer brokkelwolken en soms wat flauwe zonneschijn rolde ik door het noorden, ouderwets: Laon, Soissons, op weg naar de lichtstad.


Chanoeka, gelijktijdig met kerst: licht in ons duistere bestaan, als een antwoord op het bange, meer nog dan somber.  Tijden kwellen, maar aan de einder gloort een lichtstreep: een open paradijsdeur die steeds gesloten wordt bij elke poging om de drempel te passeren; gelijk de bewaarder van Kafka terwijl het veld c6 nog steeds niet is uitgespeeld: plaats voor de loper, plaats voor de dame. Ook uit Parijs keerde ik weer; figuurlijk passerend c6, dwars door de angstlucht.

 

Aldus schreef ome Willem.


zondag 18 december 2016

December, Amsterdam-Zuid

Woensdagmiddag

Sarphatiepark

Hoe karakteristiek

Terwijl de zon zijn weg naar 't duister zoekt

Een nar?

Ben ik een nar? Gaat het verder? Immers reeds aangekomen op de zesde lijn, is 't niet?  En daarbij: a6 voorbij en reeds wankel op b6 waar menig pion duistere zaken deed tegen een witte loper of paard; maar kan het? kán het?

Kabbelt het voort?  Oude whisky, nieuwe rum! Tanend jaargetijde en een laatste volle, volle maan voorbij. Komende week vertrek ik weer; met voor de meesten onbekende bestemming.

Met de koning wel, alsook met de dame en de toren; beginnende van aldaar waar het stuk bij de beginopstelling staat elk veld slechts één keer te bezoeken om daarna terug te keren tot het veld waar ze vandaan komt, iets, wat een loper nooit lukt, maar een paard?  

Even zoals b6 bestaat, bestaat de bestemming naar waar ik heen ga; evenzo als veld b6 op 't bord aanwezig is, evenzoo dool ik de komende week weer door Franse dorpen en steden, soms tot ergernis, soms tot welwillende gezindheid van hare  bewoners. 

Heeft men 't al een geprobeerd met een paard? Vertrekken van b1 en dan zetten en elk vakje slechts één keer bezoeken om dan, aan het einde, weer te keren naar b1? 

Toe maar!  Doe maar! Nog een week en de lichten van de kandelaar worden ontstoken; Chanoeka, of men neemt, zoals in het de ziener uit Anathot een slordige 650 jaar voor onze jaartelling in zijn tiende hoofdstuk optekende: een stuk hout uit het bos gehakt -arbeid van werkmanshanden met de bijl- met zilver en goud siert men het op, met spijkers en hamers maakt men het vast, zodat het niet waggelt.  Vreemd gedrag van miljoenen; het eindejaarsslepen met een den of spar.  Maar zeg nu eerlijk; afgezien van 't veld b6: ben ik nu echt een nar? een dwaas? een gek? Of hoef je daarvoor niet persé op b6 te staan?

Aldus schreef ome Willem 

Op het MATJE?

16.12.16, Posted by 

Het zijn sombere tijden en 2017 wordt nog aanzienlijk somberder ondanks de nieuwsjaarkaarten met de beste wensen die u gaat versturen. 

Rodrigo Duterte, ik geef toe iets verder van uw bed dan menig andere aanhanger van het populisme,  dat in de jaren dertig trouwens gesundes Volksempfinden heette, is een onsmakelijk man die roept dat wanneer Hitler 3.000.000 Joden kon vermoorden hij, als president van de Filipijnen,  af kan rekenen met hetzelfde aantal drugverslaafden in zijn land. 

Het genoemde aantal is fout, maar erger is dat Duterte door de nazi's vermoorde Joden met drugsverslaafden vergelijkt. Hebben we onze minister  van Buitenlandse Zaken de Filipijnse ambassadeur al op het matje zien roepen?

woensdag 7 december 2016

De zesde rij

Slechts enkelen wordt het gegeven, niet voor de eerste keer een eerbiedwaardige koningszet van a6 naar b6,  ja, slechts een enkele éénling haalt voor de tweede maal de zesde rij terwijl de winter met haar rillevrachten de eerste koude over ons heeft uitgestort en een halve maan tussen Waterman en Vissen staat en rond de diepste duisternis, wanneer de Orion de maan volgt achter de horizon, in het oosten Jupiter : tussen het eerste laatste kwartier en de nieuwe maan kan het zover komen: Ka6-b6!

Kaalgeworden bomen; een braafliggende wind terwijl steeds meer somberheid over het avondland lijkt neer te zalven; zwart en wit, rood en zwart: "De mens", aldus de zoon van  Chérubin Beyle  "is niet gelukkig, omdat ze ijdel is" en steeds korter, korter zijn de komende dagen.

 

Op zich al 'n vreemd en eigenaardig veld voor de koning, wit of zwart, dat maakt geen verschil, maar soms is 't een werkelijkheid voor een ieder die voor elk veld zijn eigen jaren invult, beginnende bij a1.  Sommigen halen het einde van 't bord niet, anderen, zoals Howard Staunton, halen precies het laatste veld; niet voor niets prijkt op de grafsteen van deze vroege schaakmeester een statig schaakpaard; velen echter reizen over de einder heen en starten, symbolisch, weer opnieuw, maar wie?  Wie haalt voor de tweede keer het laatste veld?

 

Verwarrende gedachten ; een groot dwaallicht ben ik, zoals een dwaalster aan het duistere firmament, een Jupiter of Saturnus en daarboven, ook nog de weg kwijt: dolende gedachten terwijl velen het goede alleen maar waarderen om beter, fanatieker, tegen datgene wat men kwaad heeft genoemd tekeer te gaan; het lijkt niet langer meer uitsluitend duister, maar of ze beter begrepen wordt?

 

Zestigers, ja, zeventigers maken aanstalten en schuifelen voort langs de rand van de eerste  rij; drie en zeventig, een aanvang met de tweede keer de tweede rij: ooit, in het toenmaals, was er een ander soort mensen;  men beheerste één idee. Tegenwoordig zijn we nerveuzer, ontwikkelder, ja, gevoeliger zelfs, schaken beter en hebben twee of meerdere ideeën tegelijkertijd; welk een ironie, ik, idioot! Maar het absoluut van het NEE voert ons in de droogste woestijnen; de held weet dat het einde van zijn strijd altijd de dood is; het absurde gaapt ons aan en grijnst en steeds verder raken we op drift, steeds meer ontwricht door de begeerte die nergens meer te vinden is: tenslotte zoeken we in ons datgene wat de goddelijkheid van onszelf totaal ontkent: dat wil zeggen, een zoektocht naar het onbezielde: de grootste scherpzinnigheid is daarmee verworden tot de grootste blindheid: "Zij zullen de dood zoeken, maar deze zal van het vlieden!" Het demoon heeft één naam: Legioen, uniek en talrijk tegelijk. Duizelingwekkende val, sprong in 't duister. Zelfs als ze waarheid spreken logen ze.


<P>


Buiten, de zon schijnt; door kale takken staar ik in het blauwe; vrij en onverveerd, verlost van schaduwen der onwetendheid; ontsnapt. Een zwart-witte ekster doorklieft de lucht zonder een spoor achter te laten. Dan, een lokroep, maar die hoor ik niet, want ik luister naar de kilte die door de takken stilletjes tot mij fluistert; wat, kan ik niet verstaan.  Nochtans speur ik de blauwe woestijn af op zoek naar voedsel voor een dorstige ziel; wiens probleem is het eigenlijk?



De derde, vierde rij: wie meegeteld heeft begrijpt, dat aan het einde van vierde rij de acht en tachtig werd bereikt en nóg eens acht jaar verder: zes en negentig, voor velen een nauwelijks vattende leeftijd, wellicht onhaalbaar geacht. En toch! Nogmaals een rij verder! Verwondering, verbijstering misschien en als onmogelijk geacht: honderd en vier! 


Mijn  ogen verlaten de blik door de oude boom; ietwat neerslachtig kijk ik naar de grond; gedachten zwerven rond en eindigen op het bord, op a6, precies op a6, het eerste veld op de zesde lijn; toen de oude van dagen hier de eerste keer was, had hij de leeftijd van één en veertig jaar; in het jaar toen ik op a1 verscheen droeg hij reeds zijn karakteristieke snor .

 

Vrachten razen ondertussen even zonder mij over de Europese wegen die, naarmate de onvrede toeneemt, steeds rechtser lijken te worden. Hoezo?  Heb ik onjuist geteld?  Maak ik alweer een fout op het bord? Wederom een stelling verkeerd beoordeeld? Hoe verder men afdwaalt van de Eeuwige, hoe meer toch zinkt men weg in het irrationele; om vervolgens te verdwijnen in  onze eigennaam en –waan:  a6, een zwart veld, een zwart gat; nochtans komt voor de ene enkeling veld b6 in zicht. Achtergedachten zinken weg terwijl op de achtergrond Händels Messiah,  "Ev'ry valley shall be exalted" klinkt.

 

Aldus schreef ome Willem.